„Ik ben dankbaar voor de circa 20 miljoen euro die Nederlanders nu al hebben gegeven, maar in de komende maanden hebben we nog veel meer geld nodig voor noodhulp”, aldus Karimi. Ze wees erop dat er pas in oktober kans bestaat op regenval in de regio. „Maar in de afgelopen twee regenseizoenen is er niet of nauwelijks regen geweest, en het is nog maar afwachten of het nu wel gaat regenen.”

Daarnaast zitten vluchtelingenkampen zoals Dadaab in het noordoosten van Kenia, overvol met vluchtelingen uit Somalië, dat al decennia kampt met gewelddadige conflicten. „Deze mensen geven aan dat ze het komende halfjaar zeker niet teruggaan”, zei Karimi. „Zij hebben dringend voedsel, drinkwater en medicijnen nodig. Hulp uit het buitenland is daarbij essentieel. Kenia kan het niet alleen.”

Dadaab ligt in een woestijnachtig gebied circa 100 kilometer van de grens tussen Kenia en Somalië. Begin jaren ‘90 begon een vluchtelingenstroom richting Dadaab op gang te komen, als gevolg van hevige gevechten in Somalië. Anno 2011 is Dadaab en omgeving met naar schatting 440.000 inwoners de op twee na grootste stad van Kenia en het grootste vluchtelingenkamp ter wereld. Dadaab is ernstig overbevolkt; de officiële capaciteit van de verzameling tentenkampen is 90.000 personen.

„Op termijn moet er een structurele oplossing komen voor de problemen in dit soort afgelegen gebieden”, weet Karimi. „Daarvoor is het belangrijk dat de veiligheidssituatie in Somalië verbetert. Ook moeten de overheden in Kenia, Ethiopië en Somalië zorgen voor ontwikkeling van hun arme en droge buitengebieden.”