Commentaar: Democratie is niet het hele antwoord
Tijdens grote rampen heeft een natie iemand nodig die haar gevoelens uitspreekt. Noorwegen heeft nu zo iemand in premier Jens Stoltenberg. Zijn optreden was de afgelopen week in één woord indrukwekkend.
Mensen kunnen denken te weten wat ze zullen doen als ze leiding moeten geven tijdens een ramp. Maar in werkelijkheid gaat het altijd anders. Op zulke situaties kun je je niet voorbereiden. Op zo’n moment blijkt –al improviserend– of het in je zit. En Stoltenberg heeft het in zich.
In zijn toespraken vorige week gaf hij ook uiting aan zijn eigen emoties. Sommige van de slachtoffers kende hij persoonlijk. Het betrof immers een aanslag op een jeugdkamp van zijn eigen partij.
Van een leider wordt ook visie voor de toekomst gevraagd. Het antwoord ligt volgens Stoltenberg in de „kernwaarden” van de Noorse samenleving, namelijk „democratie, humaniteit en openheid.” In al zijn optredens vorige week herhaalde hij dat.
Het is dit punt van Stoltenberg dat vragen oproept. Niet dat de Noorse democratie niet zou zijn aangevallen. Dat is overduidelijk het geval. Breivik had een politieke boodschap, maar hij wilde die met geweld bekendmaken.
Maar de vraag is of „meer democratie” het antwoord is. Noorwegen is een plezierig land om te wonen en staat al jaren op nummer 1 in de VN-ontwikkelingindex. Het is niet duidelijk hoe je dat land meer democratie kunt geven (als er al zoiets bestaat als meer of minder democratie).
Waarschijnlijk had de Noorse terrorist geen vertrouwen in de democratie. Zijn daad kwam mogelijk voort uit frustratie omdat hij in het systeem was vastgelopen. Zulke mensen zijn er ongetwijfeld meer in Noorwegen. Als Stoltenberg die mensen wil aanspreken, moet hij toch concreter worden.
Wie tijdens een nationale ramp steeds herhaalt dat de democratie een „kernwaarde” is, wekt de indruk de democratie als levensbeschouwing te hebben. Onder sociaaldemocraten is dat beslist niet ongewoon. Dat is ook de verklaring voor een politiek zomerkamp voor jongeren, zoals op Utoya. Voor mensen die de politiek meer zien als middel dan als doel, lijkt dit allemaal erg overdreven.
De ervaring leert dat de democratie een manier is om het bestuur van verdeelde landen stabiel vorm te geven. Ook Nederland zou er zonder democratie minder vreedzaam uitzien.
Maar tegelijk bestaan er in ons land grote zorgen over de democratisch gekozen Wilders. Terecht is de vraag gesteld of deze met zijn verruwing een daad als in Noorwegen niet heeft bevorderd. Dat kan Stoltenberg toch niet met „meer democratie” bedoelen.
Hoe nuttig democratie ook is, ze is niet meer dan een set spelregels voor het publieke leven. Ze raakt je niet vanbinnen, ook niet als ze je levensbeschouwing is. In de binnenkamer zijn de spelregels voor het publieke leven overbodig. Op dat moment staat de mens alleen tegenover zijn Schepper. Dat leidt tot andere „kernwaarden”, namelijk dat we ook in de maatschappij leven tot Zijn eer en tot nut van onze medemens.
Ook bij de Noren –van wie meer dan 80 procent gedoopt is– zou voor die boodschap een aanknopingspunt kunnen bestaan.