Schiphol hecht groot belang aan een schone luchthaven. De schoonmaak is uitbesteed aan 
diverse bedrijven. Asito poetst en boent alles achter de paspoortcontrole. „Alle pieren achter lounge 1, 2 en 3”, somt objectleider Karaslan (43) van Asito Transport op. „En de bagage-reclaimhallen.” Toiletten niet. Die mag de concurrent doen.

Karaslan werkt sinds 1988 als schoonmaker op Schiphol. De objectleider zet zo’n tachtig man met elektrische scooters in om alles netjes te houden. Het werk varieert van het legen van prullenbakken tot het verwijderen van koffievlekken en kauwgom. Of het opruimen van de kots van een passagier. Dergelijke calamiteiten moeten binnen een kwartier zijn opgelost. „Af en toe is het behoorlijk vies”, zegt Karaslan. „Vooral op de G- en de F-pier. Daar vertrekken de grote inter­continentale vluchten naar bijvoorbeeld Azië en Afrika.”

Asito haalt vier keer per dag met drie ploegen de bezem door de terminals. Overdag met twee ploegen van elk 35 man, ’s nachts met 10 tot 12 man. „Schrobben doen we in de nachtelijke uren. Dat levert minder overlast op voor passagiers.” Voor de ramen zet Asito 25 fulltimeglazen­wassers in. „Schiphol telt meer glas dan vloer.”

Het schoonmaakbedrijf krijgt één keer per maand controle. Onaangekondigd. „We moeten hoger dan een 7 scoren. Lukt dat niet, dan krijgen we een herkansing. Lukt het te vaak niet, dan kunnen we inpakken.”

Hij doet zijn werk met plezier. „De uitdaging is om een goed omgevingsklimaat te creëren. In het begin vond ik dat lastig. Je draait je om en het is weer vies. Als je klaar bent, kun je van voren af aan beginnen. Het went echter. Bovendien zijn wij méér dan schoonmakers. We zijn vaak een vraagbaak. De weg wijzen in het Frans en Spaans lukt niet, maar in het Nederlands en het Engels gaat het prima. En in het Turks natuurlijk.”

Dit is het vijfde deel in een serie over Schipholmedewerkers.