Vakantietijd
De vakantietijd is aangebroken. Met dat in Nederland de eerste scholen vakantie krijgen, lijkt er opeens minder te gebeuren in de wereld. Het politieke leven ligt stil en de Nederlandse werknemers gaan massaal op vakantie.
De media lijken ineens wel heel veel onbelangrijke nieuwsfeiten te melden. Gebeurtenissen die anders niet eens genoemd zouden worden, krijgen nu alle aandacht. Kortom: het is komkommeren in de media.
Ook kranten en tijdschriften worden in de vakantietijd steeds dunner. Zo verschijnt op zaterdag enkele weken de bijlage Puntkomma bij het RD niet. En abonnees die hun ‘huisvriend’ iedere dag slanker door de brievenbus zien glijden, pakken dan nogal eens de telefoon of klimmen in de pen. Want dit kan natuurlijk niet. Ze betalen in de zomermaanden toch ook niet ineens minder abonnementsgeld? Oftewel: minder journalistieke waar voor je geld en dat is onacceptabel.
Maar hier gaat er iets verkeerd in de redenering. Want het abonnementsgeld wordt vastgesteld op grond van het aantal pagina’s dat de krant op jaarbasis telt. Er zijn in de loop van zo’n jaar diverse extra bijlagen en er zijn maanden dat het aantal krantenpagina’s minder is dan in andere tijden.
Het spreekt voor zich dat de abonnee voor een dikke bijlage die ergens in de herfst of de winter in de brievenbus glijdt niet extra hoeft te betalen. Evenmin als in de ‘dunnere’ zomermaanden het abonnementsgeld ineens gehalveerd wordt.
Nieuws laat zich niet sturen. Maar de leiding van een krant moet natuurlijk wel toezien op het aantal nieuwspagina’s dat jaarlijks maximaal uitgebracht kan worden. Als er rampen zijn of belangrijke gebeurtenissen die veel schrijfstof geven, worden er dagelijks extra nieuwspagina’s gemaakt. Maar iedere extra pagina kost extra geld en het gaat natuurlijk niet aan om dat door te berekenen aan de abonnees. De hoofdredactie waakt er overigens nadrukkelijk voor dat er ook in de zomermaanden zes dagen per week een volwaardig Reformatorisch Dagblad wordt uitgebracht.
En als de nieuwsontwikkelingen er aanleiding toe geven, zullen wij, ondanks een lage bezetting en ondanks de komkommertijd, ons werk doen. Want uiteindelijk zijn niet de vakantieroosters van onze redacteuren leidend voor wat we schrijven en hoeveel, maar de nieuwsontwikkelingen zelf. Je bent nu eenmaal een mediabedrijf of je bent het niet.
W. B. Kranendonk, hoofdredacteur
Reageren? hoofdredactie@refdag.nl