Paus schrijft katholieke hymne op Jezus van Nazareth
„Jezus is te zeer in het verleden vastgezet, met Hem is geen persoonlijke relatie mogelijk.” Juist met het oog op die relatie schreef paus Benedictus XVI het tweede deel van zijn studie over Jezus van Nazareth. Een veelzeggend boek.
Dat Joseph Ratzinger een zeer kundig theoloog is, bleek onder meer reeds uit deel I van zijn ‘Jezusboek’. Het tweede deel, dat onlangs in een Nederlandse vertaling verscheen, onderstreept dat opnieuw. Het behandelt enkele belangrijke momenten uit het leven van Jezus, van de intocht in Jeruzalem tot de opstanding. Daarna volgt een epiloog met als opschrift ”Perspectief”, waarin de schrijver enkele kernachtige lijnen schetst inzake de belijdenis van Jezus als de ten hemel gevaren Koning. Een citaat waaruit kan blijken dat het om een diepzinnig en meditatief boek gaat: „Wat over de wolk gezegd wordt, is eenduidig theologisch van aard. Het beschrijft het verdwijnen van Jezus niet als een reis naar de sterren, maar als het binnentreden in het mysterie van God. Daarmee is een geheel andere grootte van het zijn aangegeven, een heel andere dimensie.” Zo zijn er vele uitspraken die uitnodigen tot nadenken.
De methode die Ratzinger hanteert, omschrijft hijzelf als de verbinding tussen een gelovige uitleg van de Schrift en een historische uitleg van de Bijbel, maar dan wel een die zijn grenzen kent. Een wetenschappelijke uitleg van de Schrift is immers een zaak van de theologie. En die heeft haar eigen rede en haar eigen goed recht van spreken. Dat wil Ratzinger laten zien. Zo wijst hij ook op de harmonie tussen feit en woord. „Waar die band wordt verbroken, wordt de basisstructuur van het christelijk geloof zelf opgeheven.”
Dat blijkt ook van belang te zijn als we letten op het lezen van het Nieuwe Testament in het licht van het Oude Testament, en omgekeerd. Ratzinger is van mening dat Jezus „het ware subject” van de Psalmen is, de ”David”, zonder daarmee de historische David het zwijgen op te leggen.
Er is een theoloog aan het woord die ook zorgvuldig de achtergrond van de gebeurtenissen in het leven van Jezus schetst. Heel mooi gebeurt dat in het deel over de eschatologische rede van Jezus, waarin het einde van de tempel(dienst) wordt aangekondigd. Nadrukkelijk wordt Jezus’ kruisdood verbonden met de plaatsbekleding en de verzoening. „Het mysterie van de verzoening mag niet opgeofferd worden aan een betweterig rationalisme.”
Het is in veel opzichten dus een verademing om dit boek te lezen. Het is ook daarom te betreuren dat de paus zo’n uitzonderlijke positie inneemt onder de theologen.
Ratzinger beschrijft de persoon en het spreken en handelen van Jezus op een zorgvuldige manier. De beschrijving krijgt hier en daar zelfs het karakter van een hymne. De melodie daarvan is als voluit katholiek te herkennen. En dan wel katholiek in de eigenlijke betekenis van het woord: dit is de belijdenis van alle christenen over de gehele wereld verspreid. Het ”algemeen geloof” blijkt de hartelijke instemming van deze paus te hebben.
Hier en daar heeft het boek iets meditatiefs. Vooral in de uitstapjes die Ratzinger maakt naar aanleiding van bepaalde woordbetekenissen vanuit het Grieks. Zo wordt de weg naar Jeruzalem (”omhooggaan”) verbonden met de weg van kruis, opstanding en hemelvaart, een ”omhooggaan” van Jezus. Interessant is ook de verbinding in Handelingen 1:4 (”samenvergaderd”) met de betekenis van ”zout” in de wetten van Mozes.
Niet alleen deze uitstapjes, maar ook de soms geladen zinnen nodigen uit tot verder mediteren. „De waarheid is van buitenaf gezien machteloos in de wereld, zoals Christus volgens de maatstaven van de wereld machteloos is: Hij heeft geen legioenen. Maar net zo, in zijn onmacht, heeft Hij macht en alleen zo wordt de waarheid telkens opnieuw macht.”
Kan uit Rome iets goeds komen? Blijkbaar wel. Het blijkt zelfs dat mensen die zich tooien met de naam gereformeerd (of evangelisch) roomser kunnen zijn dan de paus als we bijvoorbeeld letten op de betekenis van de voetwassing in Johannes 13. Natuurlijk zijn er bij dit ”roomse” boek kanttekeningen te maken. Dat betreft niet alleen de momenten waarop het sacrament van de eucharistie ter sprake komt („woorden waarmee brood en wijn veranderen”) en de positie van Maria (over de kerk waarin „het mysterie van Maria zich in de geschiedenis verder ontvouwt”). De kritische kanttekeningen die gemaakt kunnen worden, zijn breder. Dan gaat het ook om een te massief spreken wanneer het gaat om het verworven heil. Men kan bijvoorbeeld op grond van Johannes 12:32 niet zeggen dat Jezus alle mensen in Zich opneemt. Een uitdrukking als het „voortgaan van de incarnatie van de Logos”, namelijk in de kerk, is eveneens omstreden. Wanneer de moordenaar aan het kruis ter sprake komt, kan dit niet zonder de belijdenis „wij ontvangen straf naar wat wij gedaan hebben” ter sprake te brengen.
We hebben nog wat tegoed van de paus. Een brochure over de ”kindheidsverhalen” van Jezus staat nog op stapel. Het einde zal ook hier licht werpen op het begin.
Boekgegevens
“Jezus van Nazareth. Deel II. Van de intocht in Jeruzalem tot de opstanding”, door Joseph Ratzinger Benedictus XVI; uitg. Lannoo, Tielt, 2011; ISBN 978 90 209 9247 2; 278 blz.; € 29,99.