Commentaar: Palliatievezorgsector moet nu echt met één mond gaan spreken
De tijd van extra investeringen in de palliatieve zorg is voorlopig voorbij. Staatssecretaris Veldhuijzen slaagde er deze week in de Kamer van die realiteit te doordringen. Daarbij merkte ze op niet de ene na de andere zorgsector te kunnen „uitfilteren” om vervolgens het gebouw van de palliatieve zorg „in zijn huidige vorm” te laten staan.
Hoewel ze dat laatste vooralsnog wel doet –het kabinet tornt niet aan de subsidieregeling voor hospices– wakkert ze met deze woorden de onzekerheid in de palliatievezorgsector flink aan. Bekend is dat de AWBZ in deze kabinetsperiode wordt versoberd. Voor de palliatieve zorg kan dat niet zonder gevolgen blijven, aangezien delen van deze zorg uit diezelfde AWBZ worden gefinancierd.
Instellingen moeten bewoners vanaf 2013 huurkosten in rekening brengen, omdat het kabinet wonen en zorg wil scheiden en vanuit de AWBZ alleen de zorg wil vergoeden. Dat kan gevolgen hebben voor de toegankelijkheid van de hospicezorg.
Er gaan stemmen op om delen van de palliatieve zorg onder de Zorgverzekeringswet te brengen. Het nu soms ondoorzichtige oerwoud van subsidieregels kan dan plaatsmaken voor een transparantere financieringssystematiek. Gevolg kan zijn dat mensen die gebruik willen maken van palliatieve zorg deze straks moeten betalen uit een aanvullende zorgverzekering, mogelijk aangevuld met eigen bijdragen. In dat geval verliest de palliatieve zorg, ook al wordt die nu inderdaad in de benen gehouden met houtje-touwtjesubsidies, het karakter van een laagdrempelige, breed toegankelijke vorm van zorg, voor de pioniers hét ideaal.
Ook in een ander opzicht grijpt Veldhuijzen, zo is de verwachting, straks in de palliatievezorgsector in. Koepelorganisatie Agora en het Integraal Kankercentrum Nederland doen min of meer hetzelfde werk, namelijk het ondersteunen van regionale zorgnetwerken, maar ontvangen nu afzonderlijk tonnen aan subsidie. Niet ondenkbaar is dat Veldhuijzen daar straks een eind aan maakt.
Zo zijn er meer voorbeelden te noemen waarbij het ministerie straks wellicht hardhandig knopen doorhakt. Bijvoorbeeld rond de vraag welke verrichtingen van zorgaanbieders straks vallen onder de module palliatieve zorg die uit de zorgverzekering wordt vergoed.
Dat het speciaal door het vorige kabinet opgerichte Platform Palliatieve Zorg heeft verzuimd discussies over de onderlinge taakverdeling en kwaliteitsrichtlijnen zelf te beslechten, is inmiddels duidelijk. De afgevaardigden in dat platform lijken, zo suggereerde CDA-Tweede Kamerlid Uitslag deze week terecht, vooral druk te zijn geweest met het veiligstellen van hun eigen belang; een houding die hen in een tijd van bezuinigingen duur kan komen te staan.
In de tijd die nog rest voordat Veldhuijzen haar definitieve plannen bekendmaakt, is het dus zaak dat de palliatievezorgsector de gelederen sluit en laat zien dat hij elke euro subsidie wil spenderen aan optimale zorg voor palliatieve patiënten.
Als de hakbijl van het ministerie eraan te pas moet komen, is het misschien te laat.