Sociale partners sluiten pensioenakkoord
DEN HAAG – Kabinet en sociale partners hebben vanmorgen in Den Haag hun handtekening gezet onder een pensioenakkoord. De inhoud daarvan zorgt voor verdeeldheid binnen de FNV.
Er is ruim een jaar nodig geweest voor de uitwerking van de principeafspraken die de organisaties van werkgevers en werknemers eerder maakten. De beoogde aanpassingen moeten ervoor zorgen dat het stelsel de gevolgen van de vergrijzing en van schommelingen op de financiële markten kan opvangen.
De voornaamste wijziging betreft de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd van 65 naar 66 jaar in 2020. De bedoeling is dat die grens vervolgens wordt gekoppeld aan de stijgende levensverwachting en in 2025 naar 67 jaar klimt.
Premier Rutte is blij met het resultaat. Hij noemde het vanmorgen „iets unieks” dat er in Nederland een akkoord valt te sluiten over „honderden miljarden en misschien wel de meest ingrijpende vernieuwing van het pensioensysteem” sinds de Tweede Wereldoorlog. „Dit is voor iedereen van het grootste belang.”
Binnen de FNV heerst al enige tijd onenigheid. Voorzitter Agnes Jongerius, die de onderhandelingen heeft gevoerd, zei vanmorgen dat het altijd beter kan. „Ik weet dat het geen tien gaat worden.” Maar de hervormingsplannen verdienen het volgens haar wel om in een breed referendum te worden voorgelegd aan de leden. „Zonder akkoord zou iedereen pas op 66-jarige leeftijd AOW krijgen. Met onze aanpak is er keuzevrijheid om eerder te stoppen.”
In het verzet binnen haar achterban gaat FNV Bondgenoten voorop. Deze de grootste bond binnen de vakcentrale vertegenwoordigt ongeveer een half miljoen van de 1,4 miljoen mensen die lid zijn van de FNV. Volgens Bondgenoten verschilt de nu ondertekende overeenkomst nauwelijks van voorstellen waarmee de vakbond eerder worstelde.
Zo zouden werknemers in de toekomst nog steeds te weinig zekerheid krijgen over de hoogte van hun pensioen. Ook is er onvoldoende vertrouwen dat werkgevers hun verantwoordelijkheid nemen, via bijstortingen, als pensioenfondsen in financiële problemen raken door tegenvallende beleggingsopbrengsten.
Verder is Bondgenoten niet tevreden over de financiering van de extra verhoging van de AOW-uitkering, tot 2028 met 0,6 procent per jaar boven op de inflatie. Bondgenoten ziet deze maatregel als een „sigaar uit eigen doos”, omdat hij wordt betaald door bestaande fiscale voordelen, in de vorm van ouderenkortingen en -toeslagen, te schrappen. Voorzitter Henk van der Kolk sloot gisteren niet uit dat zijn bond acties gaat voeren.
Ook De Unie, de grootste bond van vakcentrale MHP, heeft moeite met de plannen.