Moeder van Srebrenica: Mladic vernedert ons nog steeds
DEN HAAG – De Moeders van Srebrenica zijn slachtoffer van het oorlogsgeweld. Maar ondanks de lege plaats(en) in hun leven hebben ze meer rust dan Mladic.
„Met al mijn pijn is het voor mij makkelijker dan voor hem met al zijn misdaden”, zei Zumra Sehomirovic vrijdag op de stoep van het Joegoslaviëtribunaal. Ze behoort tot de zogenaamde Moeders van Srebrenica, de organisatie van vrouwen die nauwe verwanten hebben verloren door de massamoord op bijna 8000 Bosnische mannen in juli 1995. De toenmalige Bosnisch-Servische legerleider Ratko Mladic wordt ervan verdacht dit bloedbad (mede) te hebben bedacht.
De 55-jarige Sehomirovic zat vrijdagochtend op de publieke tribune bij de voorgeleiding van Mladic. Ze was niet verrast door zijn optreden. „Ik herkende alles, inclusief zijn lichaamstaal, uit juli 1995. Zo kwam hij ook Srebrenica binnen. Alle herinneringen kwamen terug.”
Verrast was ze wel door zijn opmerking dat hij „zijn land en volk” wilde verdedigen, niet zozeer zichzelf. „Tot dat volk behoor ik ook.”
Ze vond het een afgang van de „grote generaal” dat hij niet gewoon kon zeggen schuldig of onschuldig te zijn aan de aanklacht, maar uitstel vroeg.
Het tribunaal in Den Haag stond gisteren even in het centrum van de belangstelling. Zeker vijftien straalwagens stonden langs de straat om de internationale tv-netwerken te bedienen. Talloze cameramensen en verslaggevers liepen rond.
Te midden van dat mediageweld wilden de Moeders van Srebrenica ook graag hun stem laten horen. De voorzitter van de organisatie, de 63-jarige Munira Subasic, hield een T-shirt omhoog met de tekst: ”Do you remember genocide in Srebrenica 1995?” De organisatie was echter vergeten vertalers mee te nemen naar het tribunaal. In de verwarring bleek op zeker moment zelfs de Bosnische ambassadeur in Nederland de media te voorzien van vertaling.
Subasic verloor zelf 22 naaste familieleden door de massamoord. Ook haar zoon „is nog altijd niet terug”, zei ze met een snik in haar stem.
Of ze een boodschap heeft voor het Nederlandse parlement, vraagt GroenLinks-Kamerlid Peters haar. Het blijkt dat ze de Nederlanders beslist geen heldenrol toedicht. „Karremans (overste van Dutchbat, EvV) had Mladic hier vandaag met bloemen moeten opwachten. Hij nam een cadeautje van Mladic in ontvangst toen onze mannen werden vermoord en onze dochters werden verkracht. Mladic had niets kunnen uitrichten als hij niet op de Nederlanders kon leunen. Zelf ben ik ook bewusteloos geslagen voor de ogen van Dutchbat.”
Nederland verloor zijn „militaire eer en menselijke eer”, meende de voorzitter van de Moeders van Srebrenica. „Ze stonden de verkrachtingen toe en deden er zelfs aan mee. Dat zullen wij bewijzen tijdens het proces. Ze dansten en zongen na de massamoord, net als na de moord op de Nederlandse Joden. Ze hebben geen enkel leven gered. Daar houden we de Nederlandse regering verantwoordelijk voor.”
Tijdens de voorgeleiding van de Servische legerleider zat ze op de tribune. Sommige vrouwen van haar organisatie riepen woedend „slager” en „monster” toen Mladic zei dat hij alleen zijn volk had „verdedigd.”
Subasic: „Hij daagde ons uit. Hij vernedert ons nu nog. Zijn houding tijdens de zitting was provocerend. Hij is nog altijd trots op zijn misdaad.”