Het is het tweede gedenkboek dat deze gemeente uitgeeft. Bij het 75-jarig bestaan verscheen van de hand van B. Stolk reeds een kerkhistorisch overzicht onder de titel ”Zegeningen van de God van Bethel”. Dat is nu uitgebreid met een beschrijving van de laatste 25 jaar, maar ook de geschiedenis van de eerste 75 jaar is opnieuw beschreven. Zo werd het mogelijk nieuwe gegevens te verwerken en ontstond er eenheid in opzet en beschrijving.

Het boek is geschreven en samengesteld door een redactiecommissie waarin meer disciplines vertegenwoordigd waren. Het is overzichtelijk ingedeeld, goed gedocumenteerd, prettig leesbaar geschreven en schitterend geïllustreerd. De lezer wordt in woord en beeld door de honderdjarige geschiedenis van de gemeente geleid. De beschrijving is zeer gedetailleerd. Er is veel gewerkt met kaderteksten waarin de doorlopende tekst verbijzonderd wordt; vaak tot op persoonlijk niveau. Soms rijst daarbij de vraag of men zo ver in detail moet treden.

In het boek wordt de chronologische lijn gevolgd. De hoofdstukken zijn ingedeeld per periode waarin de gemeente gediend werd door een predikant, dan wel waarin ze herderloos was. Ridderkerk is altijd een bevoorrechte gemeente geweest. Er was vanouds een volk dat de Heere mocht vrezen. In de afgelopen eeuw werd de gemeente tienmaal verblijd met de komst van een eigen predikant. De eerste was ds. D. C. Overduin, die in april 1911 (nauwelijks vier maanden na het ontstaan van de gemeente) bevestigd werd.

Een sterke kant van het boek is dat er (persoonlijke en kerkelijke) ontwikkelingen gevolgd worden; ook wanneer deze vallen buiten het kader van de geschiedenis van de plaatselijke gemeente of het eigen kerkverband. Zo wordt niet alleen de levensloop van ds. Overduin voor en na zijn ambtsperiode te Ridderkerk beschreven, maar wordt ook vrij uitvoerig ingegaan op zijn uittreding uit het kerkverband in 1930 en de situatie van de gemeenten die hij diende anno 2010. Hetzelfde gebeurt met vrijwel alle gemeenten en personen waarmee de gemeente van Ridderkerk in de loop der jaren een relatie had. Zo is er aandacht voor de vrije oud gereformeerde predikanten A. van Zon en A. W. de Rover, de oud gereformeerde predikanten J. van ’t Hoog en Joh. van de Poel en evangelist C. van Drunen. Het blikveld wordt daardoor erg verruimd en de lezer krijgt zicht op vele kerkelijke ontwikkelingen. Het boek krijgt er meer dan plaatselijke betekenis door.

De gemeente van Ridderkerk had uitstraling in de regio en was betrokken bij het ontstaan van verschillende gemeenten in de nabije omgeving. Al deze ontwikkelingen komen aan de orde. Zo kan men lezen over de beginjaren van de gereformeerde gemeenten van Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Alblasserdam.

Het boek bestrijkt veel facetten van het kerkelijk leven. We lezen over de predikanten en ambtsdragers, kosters en organisten die de gemeente in de afgelopen eeuw gediend hebben, maar ook over het catechiseren, de scholen, de verenigingen, de commissies, de koren, de contacten met de politiek en het maatschappelijk werk. Centraal in deze veelheid van onderwerpen blijft echter staan de aandacht voor het werk Gods, de persoonlijke tere vreze Gods.

Boekgegevens

Trouw van de God van Bethel. Honderd jaar gereformeerde gemeente Ridderkerk 1910-2010; uitg. Kerkenraad gereformeerde gemeente Ridderkerk, 2011; ISBN 978 90 816 1711 6; 532 blz.; € 29,95, te bestellen via A. van Gent, 0180-421064 of a.vangent@kliksafe.nl.