Nut en noodzaak van de doop
De doop is niet alleen een voorrecht voor christenen; ouders hebben ook de plicht om hun kinderen te laten dopen, vindt Matthew Henry. In ”Het teken van de doop” geeft hij praktisch onderwijs over de noodzaak en het nut dit sacrament.
Matthew Henry (1662-1714) is een van de bekendste puriteinse oude schrijvers. Zijn verklaring van de Bijbel wordt veel in de gezinnen gebruikt. Henry was ervan overtuigd dat de Heilige Geest in de huizen wil werken en kinderen van jongs af wil onderwijzen in het Woord. Met het oog daarop heeft hij een boek geschreven over het gezinsleven, getiteld ”Family Religion”. Daarin bespreekt hij onder meer de gezinsgodsdienst en het onderwijs aan de kinderen.
Een deel van ”Family Religion” gaat over de noodzaak en de betekenis van de kinderdoop. Dit gedeelte is door C. Pas-Donker in het Nederlands vertaald en door De Banier uitgegeven onder de titel ”Het teken van de doop”.
Matthew Henry’s eerste kind uit zijn tweede huwelijk, Elisabeth, is op anderhalfjarige leeftijd overleden. Wanneer zij ernstig ziek is, schrijft Henry in zijn dagboek: „Het kind heeft een zeer slechte nacht gehad. Zij is zeer zwak en naar het schijnt gaat zij achteruit, maar ik troost mij met haar doop. Ik wens haar over te geven in de armen van Hem, Die haar mij heeft gegeven. Gods wil geschiede! Ik heb beloofd dat, indien God mij haar wil laten houden, ik mijn best zal doen om haar tot Zijn eer op te voeden.” De doop van zijn dochtertje was een bron van troost voor Henry. Wat is volgens hem het belang van kinderdoop?
Matthew Henry ziet de kinderdoop niet alleen als een voorrecht voor christenen, het is volgens hem ook de plicht van ouders om hun kind te laten dopen. De vader en de moeder moeten hun kinderen onderwijzen dat zij door de doop niet langer voor eigen rekening liggen, maar door middel van hun ouders het jawoord aan God hebben gegeven.
De kinderdoop is het teken en zegel van Gods verbond. Bij de bediening ervan leggen de ouders een eed af. Daarmee zweren zij de wereld en het vlees af. Alleen God heeft recht op een plaats in ons hart. Het sacrament verplicht de gedoopte om de zonde te haten. Dat kan alleen als hij door Gods Geest aan Christus verbonden wordt. De doop beeldt de reinigende kracht van het bloed van Christus uit.
Door dit sacrament wordt het kind ingelijfd in de zichtbare kerk. Daar is de doop voor bedoeld. Maar de doop is ook het zegel van het genadeverbond. Daarmee bedoelt Henry dat God daarmee belooft en verzekert dat Hij onze zonden wil vergeven. Daardoor zijn wij door onze doop geroepen om tot Zijn volk gaan behoren, aldus Henry.
”Het teken van de doop” is uitstekend leesbaar en overzichtelijk ingedeeld. Henry geeft behalve praktisch onderwijs over de noodzaak en het nut van de doop ook aanwijzingen aan de ouders hoe zij de doop van hun kinderen moeten verstaan. Henry behandelt uitvoerig het verschil tussen de kinderdoop en de volwassendoop. Zonder over baptisten persoonlijk te oordelen en in het geloof dat velen onder hen God oprecht vrezen, wijst hij liefdevol en met Bijbelse argumenten hun visie op de volwassendoop en de herdoop af.
Ten slotte schrijft de auteur over de wijze waarop ouders werkzaam kunnen zijn met de doop van hun kinderen. Zij moeten hen aan God toewijden. Door middel van de doop worden ze tot discipelen van de Heere gemaakt. De doop verleent geen recht op de zaligheid, maar erkent het recht erop. Dat is de rijkdom van de kinderdoop.
Het teken van de doop. De betekenis en bediening van de kinderdoop, Matthew Henry;
uitg. De Banier, Apeldoorn, 2011; ISBN 978 90 336 08575; 184 blz.; € 16,90.