Geheimzinnig beraad voedt onrust over Griekenland
BRUSSEL – Een geheim beraad van een aantal ministers, afgelopen vrijdagavond. Een bericht op de website van het Duitse blad Der Spiegel dat Griekenland overweegt uit de euro te stappen. Het vormt aanleiding tot nieuwe onrust binnen de financiële wereld.
Illustratief was de heftige reactie die de valutahandel te zien gaf. De gemeenschappelijke Europese munt verloor vrijdag in korte tijd 2 cent ten opzichte van de dollar. Dat schijnbaar luttele bedrag zegt in dit verband heel veel.
In een kasteeltje in Luxemburg zaten met elkaar aan tafel de ministers van Financiën van Duitsland, Frankrijk, Italië, Spanje en Griekenland, president Trichet van de Europese Centrale Bank en Eurocommissaris Rehn (Monetaire Zaken). De ontmoeting had uiteraard niet mogen uitlekken, maar dat gebeurde toch. Een ramp uit het oogpunt van communicatiebeleid. Een enorme fout.
Om die te herstellen, werden onmiddellijk alle registers opengetrokken. De Luxemburgse premier Juncker, voorzitter van het overlegorgaan van de eurolanden, ontkende categorisch het gerucht over een exit van Griekenland. Hij had het over „een stom idee.” „We willen de muntunie niet opblazen”, verzekerde hij. Ook de Griekse premier Papandreou verwees voor de televisie de melding van Der Spiegel naar het rijk der fabelen en noemde die zelfs „haast misdadig.”
Maar het onheil was natuurlijk al geschied. Zo veel belangrijke personen in het geheim bijeen, dan moet er iets aan de hand zijn. Het wakkert de speculaties in de markten aan, roept een crisisachtige sfeer op. Bovendien vertelde Juncker wél dat er volgende week maandagavond, op de reguliere vergadering van de ministers van Financiën uit het eurogebied, in ieder geval gesproken zal worden over Griekenland.
Het overleg van eind vorige week past in het klimaat dat de laatste weken is ontstaan. De overtuiging groeit dat de zuidelijke natie het ondanks het lopende hulp- en saneringsprogramma niet redt. Ongeveer een jaar geleden kreeg zij de toezegging van 110 miljard euro aan noodkredieten vanuit de eurolanden, de EU en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Daaraan zijn strikte voorwaarden gekoppeld die dwingen tot hervormingen en straffe bezuinigingen om het begrotingstekort en de staatsschuld terug te dringen.
De schuld neemt echter nog steeds toe en is langzamerhand anderhalf keer zo groot als de totale omvang van de nationale economie. Er vloeit de komende jaren een bijna niet op te brengen last aan rente- en aflossingsverplichtingen uit voort. De ombuigingen zetten een rem op de economische groei. Er is sprake van krimp. Dat betekent minder inkomsten voor de schatkist.
Voorts rijst de vraag hoe lang de burgers rustig blijven onder alle bezuinigingsgeweld. Een Duitse topeconoom waarschuwde het voorbije weekend voor het gevaar van een burgeroorlog als nog meer ambtenaren worden ontslagen en salarissen en pensioen verder omlaaggaan.
Er moet dus iets gebeuren, dat is duidelijk. In dat opzicht wekt het beraad van vrijdagavond geen verbazing. Naar wat er uiteindelijk uit de bus rolt, blijft het echter gissen. Griekenland uit de eurozone zou een dramatische stap zijn. Andere maatregelen liggen voorlopig meer voor de hand.
‘Gewoon’ een uitbreiding van de steun aan Athene bijvoorbeeld. Of een verlenging van de looptijd van de leningen en een lager rentepercentage. Maar wat dat betreft lijkt de rek er ver uit; zeker onder de Duitse bevolking, die er weinig voor voelt om voortdurend te moeten opdraaien voor europartners die in problemen verkeren.
Een andere optie is een deel van de verplichtingen van Griekenland kwijtschelden; herstructurering van de schuld, zoals het heet. Daaraan kleeft het bezwaar dat dit flinke verliezen meebrengt voor banken die in de betrokken staatsobligaties hebben belegd. Zij raken daardoor mogelijk in moeilijkheden.
Waarschijnlijk horen we over een week meer. Of een aanzwellende onrust op de financiële markten moet de ministers –al dan niet in aanwezigheid van De Jager– nopen al eerder bijeen te komen en te handelen.