Opinie

Liefde tot Israël uit zich in zending onder Joden

Liefde tot Israël uit zich in zending onder de Joden, schrijft Marten Visser. Volgens de Bijbel moeten we het Evangelie eerst aan de Jood en dan aan anderen verkondigen, en niet in omgekeerde volgorde.

30 April 2011 14:46Gewijzigd op 14 November 2020 14:46
„De Joodse orthodoxie is de voortzetting van het farizeïsme uit het Nieuwe Testament.” Beeld EPA
„De Joodse orthodoxie is de voortzetting van het farizeïsme uit het Nieuwe Testament.” Beeld EPA

Het interview met Jonathan Goldberg, die in Israël evangeliseert onder Joden (RD 28-4), vond ik zeer verfrissend. Omdat hij, zonder excuses en zonder dralen, pleitte voor directe Evangelieverkondiging onder Joden door zowel christenen uit de Joden als uit de volkeren. De grondgedachte van Goldberg is: „Als je Israël werkelijk liefhebt, wil je het vertellen over Jezus, de Messias.” Dat is een gedachte waarmee Petrus, Paulus en alle andere apostelen van harte instemden. Enthousiast verkondigden zij, als Joden, het Evangelie in de eerste plaats aan Joden en vervolgens aan iedereen.

Ook verfrissend is dat Goldbergs benadering liefde tot de Joden combineert met een gebrek aan illusies over het orthodoxe Jodendom, dat hij vergelijkt met een sekte. Veel Nederlandse christenen zijn geneigd de Joodse orthodoxie te beschouwen als christendom zonder Nieuwe Testament. Dat is niet terecht. De Joodse orthodoxie is de rechtstreekse voortzetting van het farizeïsme uit het Nieuwe Testament, gekoppeld aan een uitleg van het Oude Testament die bewust is afgeschermd tegen de claims van het christelijk geloof.

Liefde tot Israël uit zich in Nederland vaak door het zoeken van respect van orthodoxe rabbi’s. Dat mag natuurlijk, want het is goed om met iedereen in gesprek te komen. Maar de prijs die voor dat respect betaald wordt, is te hoog als er niet over Christus wordt gesproken of als zending onder niet-orthodoxe Joden daarvoor wordt opgegeven.

Jonathan Goldberg herinnert ons eraan dat er, ook voor Joden, geen andere naam tot zaligheid gegeven is dan die van Jezus Christus. Behalve als wij het beter denken te weten dan de apostelen, moeten we daar heel duidelijk over zijn: Joden hebben het Evangelie nodig. Wie dat ontkent, heeft een theologisch geschil met de Bijbel en met de kerk van alle eeuwen. Schuldgevoel over de te geringe inzet van christenen tegen de gruwelijke massamoord op Joden door de nazi’s mag er niet toe leiden dat we Joden het goede nieuws over de gekomen Messias onthouden.

Vaak wordt het gebrek aan bereidheid tot zending onder Joden begraven onder de drogreden van: „Ze luisteren toch niet, we kunnen beter gewoon vrienden zijn.” Ook hier laat Goldberg een frisse wind waaien. Laten we het, in gehoorzaamheid aan Jezus’ opdracht, maar gewoon proberen. Dan merken we vanzelf wie luistert en wie door Gods Geest aangesproken wordt. Het enige wat we zeker weten, is dat er zeker niemand aangesproken wordt als we onze mond houden.

Behalve dat bovenstaande drogreden op een foute redenering berust, berust hij ook op een gebrekkige feitenkennis. Het is simpelweg niet waar dat Joden minder openstaan voor het Evangelie dan moslims, hindoes of boeddhisten. De hele geschiedenis door is er een gestage stroom van bekeringen van Joden tot het christendom geweest. De keer dat ik zelf een Jood tot Christus mocht leiden was een van de hoogtepunten van mijn leven.

Het moet toegegeven worden dat in de Europese geschiedenis beperkingen die aan Joden opgelegd werden, en soms rechtstreekse Jodenvervolgingen, daarin een betreurenswaardige rol gespeeld hebben. Maar dat is zeker niet het hele verhaal. Zo is op het moment in de VS 20 procent van iedereen die in een Joods gezin geboren is, al christen geworden.

De enige aarzeling die ik heb bij Goldbergs verhaal is dat hij denkt dat de bekering van de Joden tot een grote groei van de wereldkerk zou leiden, ook in de moslimwereld. Menselijkerwijs gesproken zijn Joden wel het minst geschikt van iedereen om invloed te hebben in de moslimwereld.

Het gaat er hier echter om hoe we de Bijbel verstaan. Welke beloften zijn er nog voor Israël? Die vraag is niet zo eenvoudig te beantwoorden. Misschien heeft Goldberg wel gelijk. Ik heb echter steeds minder vertrouwen in mijn vermogen uit de Bijbelse gegevens een duidelijke toekomstverwachting voor Israël te destilleren. We kunnen in ieder geval met zekerheid zeggen dat er geen beloften voor Israël zijn buiten geloof in Christus om. In geloof en vertrouwen wacht ik maar gewoon af wat de Heere God gaat uitwerken.

Voor de praktijk maakt het echter niet zo veel uit. De Bijbel zegt dat we het Evangelie eerst aan de Jood en dan aan de Griek moeten verkondigen. Er staat niet dat we het eerst aan Grieken, Nederlanders en Thailanders moeten verkondigen en later, misschien, als ze er geen bezwaar tegen hebben, heel voorzichtig aan de Joden. Dank, Jonathan Goldberg, voor deze herinnering. Die had de kerk in Nederland nodig.

De auteur is kerkplanter in Thailand, uitgezonden door GZB en OMF.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer