„Dat tikt aardig aan”, constateerde Rosenthal dinsdag in het gebouw van de Tweede Kamer. De verbindingen van Syrië naar het westen zijn volgens hem de afgelopen jaren heel sterk geweest. „Als het westen tegen Syrië zegt dat het genoeg is en dat met sancties tot uitdrukking brengt, denk ik dat dat wel een signaal is in de richting van het Syrische regime dat ze moeten stoppen met geweld tegen de eigen bevolking”, aldus de minister.

Hij vindt dat de Europese Unie en ook de Verenigde Naties sancties tegen Syrië moeten voorbereiden. „We zullen dat regime heel scherp moeten aanpakken”, zei Rosenthal. Ook pleit hij onder meer voor een wapenembargo tegen het land. Of dat ook betekent dat Nederland dan bereid is straaljagers in te zetten om dat te handhaven, zoals in Libië gebeurt, is echter „een heel ander verhaal”.

De VVD-bewindsman ontkende verder dat de reactie van de internationale gemeenschap op het geweld in Syrië langzamer tot stand komt dan bij Libië het geval was. De VN-Veiligheidsraad nam in maart een resolutie (1973) aan dat internationaal militair ingrijpen in Libië legitimeerde ter bescherming van de bevolking. Nederland doet onder meer met F-16-gevechtsvliegtuigen mee aan het handhaven van het vliegverbod boven en het wapenembargo tegen dat Noord-Afrikaanse land.

Als het gaat om Syrië, vindt Rosenthal het „zeer onwaarschijnlijk, zo niet echt onmogelijk” dat de Veiligheidsraad met een resolutie zoals rond Libië komt. Syrië is vanwege een andere internationale context volgens hem een ander geval dan Libië. „Een resolutie zoals die rond Libië tot stand is gekomen met onthouding van Rusland en China, dat is een wensdroom die niet in vervulling zal gaan”, stelde de bewindsman.