Robesin: Oppositie wilde mijn stem ook
HOEK – Niet alleen premier Rutte, maar ook oppositiepartijen als PvdA en SP hebben geprobeerd de beide stemmen van de Partij voor Zeeland te werven voor de Eerste Kamerverkiezingen.

Dat heeft PvZ-fractieleider J. C. Robesin vanmorgen verklaard. „En het is nog normaal ook; dat komt door die onzin van dat getrapte kiesstelsel dat we hebben. Ze kunnen beter op het Binnenhof een braderie houden waarbij elke partij met een kraampje steun probeert te verwerven. De les van dit incidentje, deze storm in een glas water, is dat we eens kritisch naar dat systeem moeten gaan kijken.”
Dat diezelfde oppositie Rutte vanmiddag naar de Tweede Kamer roept om in een spoeddebat opheldering komen geven over een gesprek dat hij en PVV-leider Wilders in het Torentje met Robesin voerden, vindt het Zeeuwse Statenlid „te belachelijk voor woorden. Het hangt me zwaar de keel uit, en dat geldt ook voor de wijze waarop de media ermee omgaan. Allerlei mensen schrijven maar wat, maar bijna niemand heeft me benaderd. Het Algemeen Dagblad wel, maar dat heeft me zaken in de mond gelegd die ik nooit uitgesproken heb. Zo werkt dat: oppompen, opblazen, dat is goed voor de losse verkoop.”
Robesin kende Rutte „niet persoonlijk, ik heb alleen wel eens mailtjes met hem gewisseld over ontpoldering, waar onze partij zwaar op tegen is. Nu werd ik uitgenodigd. Het is mooi als je als provinciaal politicus eens met de premier mag praten. Natuurlijk zijn er Zeeuwse zaken besproken. En natuurlijk ook de Eerste Kamerverkiezingen. Het is bekend hoe belangrijk het is dat de coalitie daar een meerderheid haalt, maar dat ik de sleutel in handen zou hebben, relativeer ik enorm.”
Het gesprek ging meer over de plaats van de Partij voor Zeeland binnen de Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF), zegt Robesin. „Ik heb altijd erg m’n best voor de OSF gedaan en was bezig de OSF en zo veel mogelijk plaatselijke partijen samen richting de Tweede Kamer te brengen. Met de samenwerking van OSF met 50Plus van Nagel ben ik echter nooit gelukkig geweest. De zes OSF-Statenleden en twee 50Plus-Statenleden moeten samen een Senaatsfractie kiezen. Dat heeft echter tot allerlei gekissebis geleid over de papieren afspraken met Nagel. Het was gewoon ongewis hoe hij in de Eerste Kamer zou gaan functioneren. Ik was de enige die daarover wilde nadenken, zodat Nagel niet z’n eigen gang zou gaan. Dat waardeerde Nagel niet. We kwamen er niet uit. Nagel was beledigd dat ik zo moeilijk deed. Men vond het onkies en zo, maar ik neem m’n verantwoordelijkheid.
Ik wilde zo niet verder met de OSF. Toen kwam het gesprek in het Torentje. Dat bevestigde me dat ik op het goede spoor zat. We hebben besloten af te haken en de OSF tijdens de Eerste Kamerverkiezingen op 23 mei niet te steunen.
Dat heeft een tsunami van reacties veroorzaakt. Reacties, te gek voor woorden. Er is zelfs aan me gevraagd of ik geld toegezegd heb gekregen. Nou, ik heb van niemand een euro nodig.
Omdat het tegenhouden van ontpoldering voor mijn fractie heel belangrijk is, wordt nu gespeculeerd dat Rutte me daarover toezeggingen heeft gedaan. Maar Rutte heeft me helemaal niets beloofd. Dat zou hij niet eens hebben kúnnen doen. Het is puur een gedachtewisseling geweest. Ik zou ook geen toezeggingen willen, want dat kan helemaal niet. Het is volstrekt legitiem wat er nu gebeurd is. En dat dit kabinet z’n best doet om de ontpoldering tegen te houden, was allang bekend.
Het is toch kwalijk dat er over zoiets onbenulligs een debat gehouden wordt terwijl er zo veel belangrijke zaken in dit land te doen zijn. Het is een non-item. De oppositie gaat met lege hulzen op de coalitie schieten. Het is te ordinair voor woorden. Die Cohen is in m’n achting enorm gedaald nu hij dit zo heeft gespeeld. Hij kan niets tegen de coalitie bedenken en nu tapt hij uit dit vaatje. Maar zijn eigen voorganger in de PvdA, premier Kok, kon er ook wat van als het ging om het beïnvloeden, zelfs van mensen die al gekozen waren.”
De oppositie is zelf net zo hard aan het lobbyen, zegt Robesin. „Maar dan in het geniep. Dan word je gebeld door een Statenlid, natuurlijk niet uit Zeeland, maar uit Drenthe of zo, en die vraagt dan: Mag die en die, die erover gaat, je vanavond bellen? Zo werkt dat. Er is ook een ondernemer, Koornstra. Die man heeft op het laatste moment een lijst voor de Eerste Kamer ingediend en bleef maar aanhouden dat ik hem moet steunen.”