„Dit was een geweldige start. Europa is op weg naar Mars”, aldus een uitbundige David Southwood, wetenschapsdirecteur van de Europese ruimtevaartorganisatie ESA tijdens de lancering in Baikonoer.

De nieuwste vlucht naar Mars moet antwoord geven op de vraag of daar leven is. Ook wordt onderzocht of er water voorkomt.

De kosten van de Europese lancering bedragen zo’n 300 miljoen euro. Dit is veel minder dan andere vergelijkbare planeetmissies, aldus de ESA.

Tegen de tijd dat de Mars Express bij de planeet aankomt, eind december, koppelt zich van de satelliet een Marslander, de Beagle 2, af. Die zal rond tweede kerstdag landen om onderzoek te doen naar het bodemoppervlak van de planeet.

Al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw is Mars in beeld bij ruimtevaarders. Lanceringen naar Mars zijn eerder ondernomen door Amerikanen en Russen. Een reis naar de planeet neemt ongeveer een halfjaar in beslag.

Ook de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA zal deze maand nog twee missies naar Mars sturen, op 8 en 25 juni. De Amerikanen speuren eveneens naar leven op Mars.

De Japanse ruimtevaartorganisatie heeft in 1998 de satelliet Nozomi naar Mars gestuurd. Deze missie heeft enkele keren storing gehad en moet maart volgend jaar bij de planeet aankomen. Ook in de Japanse missie zal de nadruk liggen op het vinden van water.