De betogers nabij de Sanaa Universiteit werden na het vrijdaggebed vanaf omliggende daken onder vuur genomen. Volgens artsen vielen er zeker 46 doden en ongeveer driehonderd gewonden. De minister van Binnenlandse Zaken verklaarde later dat het dodental 25 was.

Saleh zei het bloedbad te betreuren, maar er was volgens hem geen politie bij betrokken. „De politie was niet aanwezig en opende niet het vuur. De botsingen waren tussen burgers en demonstranten. Het is duidelijk dat er gewapende elementen onder de demonstranten zijn.”

Maar getuigen zagen knokploegen die Saleh steunen vanaf daken het vuur openen op de menigte. Een verslaggever van het persbureau AFP zag later ook agenten op de demonstranten schieten.

De oppositie reageerde woedend. Zij menen dat een dialoog met de president, die al 32 jaar aan de macht is, niet meer mogelijk is. Hij moet nu vertrekken, aldus Yassin Noman van een overkoepelende oppositiebeweging. „Er is geen enkele kans meer om met dit regime tot gemeenschappelijke overeenstemming te komen”, verklaarde Noman.

Sommige opposanten menen dat de noodtoestand slechts een handige manier is om wettelijk een einde te maken aan de protesten en de media de mond te snoeren. In heel het land wordt sinds weken betoogd tegen de regering en tegen corruptie. De politie slaat demonstraties geregeld met geweld uiteen.

Washington en Parijs hebben vrijdag scherpe kritiek geuit op Saleh. De Amerikaanse president Barack Obama veroordeelde het geweld en riep Saleh op vreedzaam protest toe te staan. Jemen is een bondgenoot van de VS in de strijd tegen al-Qaeda. De Franse regering eist dat er een einde wordt gemaakt aan „de aanvallen van veiligheidstroepen en gewapende regeringsgezinde groepen tegen mensen die hun recht op vrijheid van meningsuiting en demonstratie uitoefenen”.

Saleh heeft beloofd om in 2013 op te stappen, maar de oppositie wil dat hij veel eerder opstapt. In Jemen moet 40 procent van de bevolking van 2 dollar of minder per dag zien rond te komen. Een derde kampt met voedseltekorten.