De zeehond kwam op Lenies weg

Een kind vroeg haar: Wat bent u liever: mens of zeehond? Vreemde vraag? Voor Lenie ’t Hart niet. Ze zet zich al meer dan veertig jaar hartstochtelijk in voor zieke, zwakke, verstoten en aangespoelde Waddenzeebewoners. Hét gezicht van ‘Pieterburen’ wordt bewonderd én verguisd. Haar motto? „Een dier in nood redden is een vorm van beschaving.”

Evert van Dijkhuizen
18 March 2011 09:36Gewijzigd op 14 November 2020 14:08
Lenie 't Hart. Foto Sjaak Verboom
Lenie 't Hart. Foto Sjaak Verboom

Lenie ’t Hart stopt. Dat wil zeggen: als directeur van de meest besproken crèche in ons land. Ze gaat absoluut door met zorgen voor zeehonden. „Ik blijf vrijwilliger, zo ben ik ooit begonnen, én ambassadeur.” Of ze een opvolger heeft? „Die hád ik”, zegt ze nadrukkelijk. „Mostafa, mijn Iraanse dierenarts. Een briljante jongen. Hij is zeven weken geleden bij een auto-ongeluk in Duitsland omgekomen; 29 jaar. Zijn vrouw, zwaargewond, en een dochtertje van één blijven achter. Heel verdrietig.”

Het grijpt u aan.

„Mostafa was mijn toekomst. Nee, niet de mijne: de toekomst van de zeehondencrèche. Ik had grote bewondering voor hem. Hij hield er precies dezelfde filosofie op na als ik. Wetenschappelijk onderzoek naar dieren is prima, maar blijft altijd ondergeschikt aan hun welzijn. Dat principe deelden we.”

Zeehondenmoeder, wordt u genoemd. Een geuzennaam?

Nadrukkelijk: „Zo noemen ánderen mij, maar zeehonden zijn mijn kinderen niet. Ik heb zelf een zoon: Pieter. Dat voelt heel anders. Ik hou wel van zeehonden. En ik vecht voor ze. Net als je dat voor een kind doet. Ik kan niet tegen onrecht; word er furieus van. Het is een groot onrecht dat wij met z’n allen de Waddenzee vervuilen. Daar kan ik m’n mond niet over dichthouden. Mijn zoon zegt wel eens: Ga op je handen zitten en tel eerst tot tien voordat je wat zegt. Dat lukt me niet. Daarom maak ik steeds nieuwe vijanden. Veel mensen hebben een hekel aan mij, dat weet ik. Aan de andere kant kreeg ik drie onderscheidingen. Bij de derde zei prins Bernhard: „We zijn er nu doorheen.” Er zijn dus ook mensen die mij steunen, mijn boodschap delen, mijn inzet waarderen.”

Wat hebt u precies met zeehonden?

„Ik voel me ontzettend schuldig over wat wij ze aandoen. Als ik me niet zou inzetten voor deze dieren, dan zou ik niet goed kunnen leven. Ik heb thuis ook dieren; een hele veestapel. Onder andere drie koeien en vier schapen. Ik bied ze elke dag mijn excuses aan.”

Pardon?

„Ja, excuses. En ze krijgen elke dag een koek van me. Dieren zijn onze reisgenoten. Daar moet je met respect mee omgaan. Wat gebeurt er echter allemaal niet in de bio-industrie? En die varkenstransporten naar verre landen; ik kan er bij janken.”

Een deel van de mensheid lijdt ook; wat doet dát met u?

„Ik ken de omstandigheden in landen als Afrika. Ik heb me wel eens afgevraagd: moet ik daar naartoe? Maar ik vind dat ik hier meer kan betekenen. Mens, dier en milieu liggen voor mij in elkaars verlengde. Wie strijdt voor het één, strijdt ook voor het ander. Ik hou niet van die tegenstellingen.”

U staat bekend als onvermoeibaar, een doorzetter, een vechter. Oud-commissaris Vonhoff zei over u: Als Lenie voor een dichte deur staat, gaat ze door het sleutelgat, want ze zál binnen komen. Lastig, zo’n karakter?

„Voor m’n omgeving wel. Ik merk dat vaak aan de reacties. Maar ik had zonder zo’n karakter nooit bereikt wat ik nu heb bereikt. Ik vind altijd nieuwe wegen om uit te komen waar ik wezen wil. Ik moet wel goed nadenken bij wat ik zeg. Door mijn publieke uitlatingen beschadig ik soms de belangen van de zeehondencrèche. Dat heeft met mijn aard te maken. Mijn accu is vol, of leeg. Is-ie vol, dan ben ik niet te stuiten. Tegenwoordig heeft bijna iedereen ADHD, misschien heb ik het ook wel.”

U groeide op tussen vijf broers, bent niet opgevoed, zegt u zelf, sliep als kind tussen de koeien als u dat leuk vond, spijbelde al op de kleuterschool; beetje een vrijgevochten type?

„Ik heb in ieder geval geen familiegevoel. Mijn vader overleed jong, m’n moeder was nooit bij het gezin omdat ze ziek in bed lag of bezig was andere zieke mensen te helpen. Ik heb maar met één broer een hechte band. Door de omstandigheden thuis heb ik jong geleerd mijn verantwoordelijkheid te nemen; een ander deed het niet. Ik herken dat in een man als Nelson Mandela; heb grote bewondering voor hem. Je moet niet met je vinger naar een ander wijzen, maar zélf aanpakken.”

U gaat nogal eens rollend over straat met biologen en andere wetenschappers. Ze verwijten u dat u zielig blijft doen over zeehonden terwijl de populatie de afgelopen jaren sterk is gegroeid en het helemaal niet zo slecht lijkt te gaan met de Waddenzee.

’t Hart gaat er eens goed voor zitten. „U bedoelt de wetenschappers van Imares, het instituut van de universiteit in Wageningen? Hun tellingen van het aantal zeehonden kloppen niet. Veel te positief. Ze fotografen vanuit de lucht, maar hoe weet je nu welke zeehond je hebt gehad? Wij filmen, dat is veel betrouwbaarder. In de media worden we constant zwartgemaakt door Imares, maar er lopen hier jonge, begaafde dierenartsen en biologen rond. Bij Imares is er één proefschrift over de Waddenzee gemaakt, bij ons zijn dat er acht. Wie is er dus wetenschappelijk bezig?

Juist deze week ontstond er in de Kamer ophef naar aanleiding van een tv-uitzending van Zembla over de massale bijensterfte in ons land. De programmamakers tonen aan dat wetenschappers van Imares, die onderzoek naar de bijensterfte doen, niet onafhankelijk zijn. Ze hebben financiële banden met het Duitse chemieconcern Bayer dat pesticides produceert. Niet onafhankelijk. Vul voor bijen zeehonden in en u heeft mijn verhaal!”

Maar het principe dan dat de natuur haar eigen selectie regelt. Het is toch normaal dat zwakke en zieke dieren doodgaan?

„Was dat maar zo. Honderd jaar geleden waren er nog 10.000 zeehonden in de Waddenzee, nu zijn het er nog 5500. Hoe dat komt? Door de mens. Eerst door de jacht en vervolgens tweemaal door een virusepidemie, in 1988 en in 2002, als gevolg van vervuiling. Door ons! Op de derde epidemie kun je wachten; dat duurt geen tien jaar meer.”

Het gaat dus niet beter met de zeehond?

„De situatie blijft op haar best gelijk. Wetenschappers die het positiever voorstellen, moeten zich schamen. En wat is er op tegen om een zwak of ziek dier te helpen? Wij gaan niet bewust op zoek naar aangespoelde zeehonden, maar als mensen er één vinden en ons bellen, dan gaan we er naartoe. Al is het midden in de nacht. Denk ook aan onze kinderen. Je brengt hun geen liefde voor de natuur bij door dieren willens en wetens dood te laten gaan, maar door ze in leven te houden. Een dier in nood redden is een vorm van beschaving.”

Oké, nobel, maar waar ligt voor u de grens?

„Ik hoef niet op de stoel van God te gaan zitten om te bepalen welke zeehond er dood moet gaan en welke er mag blijven leven. Ze krijgen bij mij allemaal een kans. Ik zeg tegen geen enkele aangespoelde zeehond: Je hebt pech gehad, ga maar dood. Dat mág niet eens. Er staat in de wet dat je een dier in nood niet aan z’n lot mag overlaten. Gelukkig wordt dat principe nog steeds door het grootste deel van de Nederlandse bevolking gedragen.”

Oud-medewerkers van uw crèche deden in de media een boekje over u open. U zou hard en onheus met uw personeel omgaan. Ze spraken zelfs over de sekte van Lenie…

„Ik ben geen gemakkelijk mens, dat is waar. Maar dat ik camera’s in de dierenhokken zou hebben opgehangen om mijn personeel te controleren, zoals het dagblad Trouw ooit schreef, is te belachelijk voor woorden. Tegenwoordig zit de hele crèche op de webcam.”

In 2000 lag u onder vuur vanwege een onrechtmatige btw-truc waar de rechter een stokje voor stak.

Ze moet lachen. „O ja, die zaak. Nou, die heeft mij een groter financieel voordeel opgeleverd dan ik ooit had kunnen denken. Wat was het geval? Wij wilden als bedrijf btw terugvragen, maar dat kon alleen als de bezoekers van de crèche entree betaalden. Dat deden ze niet; de toegang was gratis. Toen heeft ons steunfonds gezegd: dan betalen wij 1 euro per bezoeker entree. De rechter vond dat schijnhandel. Vervolgens werden we wel belastingplichtig gemaakt en kon ik voortaan de btw van onderhoud, verbouwingen en uitbreidingen aftrekken. Dat leverde alsnog enkele tonnen op. Hahaha.”

U vraagt inmiddels wel entree.

Haar handen gaan omhoog: „Die 4,50 euro per persoon is zeer tegen m’n zin, maar anders red ik het niet. Als mensen vragen: Wat kost het? dan noem ik geen bedrag maar zeg ik: 4,5 kilo vis.”

Hoe staat de crèche er financieel voor?

„We hebben 2010 met verlies afgesloten. De begroting voor dit jaar bedraagt 2,3 miljoen euro. Ik hoop dat we het redden. Er is alweer een flinke tegenslag. Een Groningse vermogensstichting zou ons met een miljoen steunen om de nieuwe uitbreidingsplannen te betalen. Ze heeft zich teruggetrokken. Er was geen vertrouwen.”

In u niet?

„Over en weer niet. Maar gelukkig krijgen we wel een miljoen van de Postcode Loterij, dus de uitbreiding gaat gewoon door.”

Lenie ’t Hart is een sterk merk. Gebruikt u uw naam wel eens om dingen voor elkaar te krijgen?

Overtuigd: „Nee, helemaal nooit niet. Ik ben de slechtste pr-vrouw die er bestaat. Andere organisaties hebben miljoenen op de bank, wij niet. Die naamsbekendheid overkomt mij. Misbruik van macht, daar heb ik helemaal niets mee. Dat doet me denken aan mannen in Rusland die een pet opzetten en dan menen dat ze iets te vertellen hebben. Daar kan ik heel slecht tegen. Voor mij zijn alle mensen gelijk.”

U zegt over uzelf: Ik kies altijd partij voor de underdog.

„Die rol is mij op het lijf geschreven. Bij een voetbalwedstrijd ben ik altijd voor de verliezer. En als ik een dakloze tegenkom, dan geef ik mijn laatste euro’s in m’n zak. Toen Dorenbos vroeg of hij een campagne van Schreeuw om Leven in de zeehondencrèche mocht beginnen, heb ik direct ja gezegd. Die man kiest ook altijd voor het zwakke.”

Wie bewondert u?

„Bas van der Vlies! Geweldig zoals die man in het leven staat. Hij gáát ergens voor.”

Wordt u, net als hij, geïnspireerd door een religieuze overtuiging?

„Daar heb ik helemaal niets mee. Ik geloof in mensen; denk niet aan God. Ik ben wel blij dat ik als kind op de zondagsschool heb gezeten. Daar hoor je al die geweldige verhalen uit de Bijbel. Dat is belangrijk. Veel kinderen weten tegenwoordig niet eens meer wie Mozes was.”

Wie is Lenie ’t Hart zonder zeehond?

„Ook een gelukkig iemand. De zeehond is op mijn weg gekomen. Anders had ik misschien iets met mensen gedaan, maar dan had ik ook vast veel commotie veroorzaakt.”


Levensloop Lenie ‘t Hart Leentje Godlieb komt in 1941 in het Groningse Farmsum ter wereld. Op de kleuterschool spijbelt ze al, want ze gaat liever bij de dijk kijken. Ze maakt de hbs niet af, omdat er thuis geen geld is. In 1970 vangt ze haar eerste zeehond op, in een teiltje in de achtertuin. Het door haar in 1971 opgezette zeehondencentrum in Pieterburen wordt in 1993 door prins Bernhard heropend. Lenie trouwt met hoofdonderwijzer Joop ’t Hart, scheidt van hem, maar houdt zijn achternaam. „Lenie ’t Hart loopt en schrijft lekker.” Ze krijgt drie onderscheidingen, waaronder een koninklijke, maar ook veel kritiek. Na 41 jaar doet de zeehondenmoeder een stap terug.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer