De centrale bank liet de 70-jarige Yunus vorige week woensdag weten dat hij moest opstappen bij de bank, die groot is geworden met het verstrekken van microkredieten aan arme mensen. Yunus moest officieel weg omdat hij te lang in zijn functie was blijven zitten, lang nadat hij de pensioengerechtigde leeftijd had bereikt. Bankdirecteuren moeten in Bangladesh op de leeftijd van 60 jaar met pensioen.

Yunus heeft gezegd dat hij afstand wil doen van zijn functie op het moment dat hij een geschikte opvolger heeft gevonden. De oprichter van de Grameen (Dorp in het Bengaals) Bank leeft in onmin met de regering van Bangladesh. De onenigheid zou zijn ontstaan in 2007, toen Yunus overwoog een politieke partij op te richten. Deze zou een bedreiging kunnen vormen voor andere partijen, aangezien Yunus veel populariteit geniet onder armen in Bangladesh.

Premier Sheikh Hasina liet zich sindsdien regelmatig negatief uit over Yunus. In december beschuldigde zij hem ervan armen uit te zuigen. Ook zou Yunus financiële trucs uithalen om belasting te ontduiken. Hasina voelde zich gesteund door een Noorse documentaire, waarin kritiek werd geuit op de „bankier van de armen”. Die heeft zijn plan voor de oprichting van een politieke partij overigens nooit uitgevoerd.

Volgens zijn advocaten ging Yunus er al van uit dat het gerechtshof zich zou scharen achter het besluit van de federale bank. „We zijn niet verrast”, zo liet een van de advocaten van Yunus weten. „We verwachtten dit vonnis al. Het hof heeft het illegale besluit van de centrale bank gewoon gehandhaafd. Dit is een droevige dag voor Bangladesh.”

Yunus en zijn Grameen bank kregen in 2006 de Nobelprijs voor de Vrede. De bankier was dinsdag niet aanwezig bij de uitspraak van het gerechtshof. Yunus vreest dat de regering ‘zijn’ bank wil nationaliseren, wat volgens hem het einde van de bank zou betekenen. Hij spreekt de beschuldigingen aan zijn adres tegen, onder meer wat betreft de belastingontduiking.