Het giet van de regen, zaterdagmiddag. Desondanks is de belangstelling voor de veldslag en het winterbivak groot. De parkeerplaatsen rond het vroegere ‘steen’ van Dirc Loef van Horne staan mudvol. Tot op een kilometer van het kasteel staan auto’s in de zompige bermen van het Munnikenland. Gezinnen rollen uit de auto’s. Vader en moeder onder de paraplu; het kroost rent vooruit, het spektakel tegemoet.

In de vesting staat het winterbivak opgesteld. Tenten, vuurtjes, kookpotten en wachtlopende soldaten. „Ik hoor bij de militie”, vertelt een Fries. „We zijn hier met dertig man. Erg leuk om te doen. Het is mijn hobby, ben dol op geschiedenis.”

Iets verderop geeft Janus Tegenlui tekst en uitleg over het soldatenbestaan. Samen met zijn makkers probeert hij Napoleon te verslaan. Tijdens de schermutselingen is hij gewond geraakt en nu brengt hij zijn kennis over op nieuwe rekruten.

Dan treden 150 soldaten van de Napoleontische Associatie der Nederlanden aan. Nederlanders, Engelsen, Pruisen en Russen binden de strijd aan met Fransen. Van december 1813 tot maart 1814 hielden Franse soldaten stand in Slot Loevestein.

De uniformen, kanonnen en geweren zijn tot in detail historisch verantwoord uitgevoerd. Soldaten, kooplui en chirurgijns spelen hun rol met overtuiging.

Een commentator legt de manoeuvres uit. De soldaten baggeren door de velden. „Geen probleem”, zegt er een. „In Waterloo stonden ze tot hun enkels in de prut. En in Austerlitz sneeuwde het.”

Een gezin uit Werkendam geniet met volle teugen. „We gaan elk jaar”, zegt de vader. „De kinderen vinden het prachtig.” Anderhalf uur later zit de strijd erop. De troepen marcheren naar het bivak. „Vive La France”, juichen de Fransen als ze door de poort lopen.

De Werkendammertjes volgen ze op de voet. „Echt gaaf.”

refdag.nl/regio voor meer foto’s.