Politiek

Statenverkiezingen: Links moet niet te vroeg juichen

DEN HAAG – Nu de peilingen voor links gunstig zijn, wordt in de aanloop naar de Statenverkiezingen het rechterkamp nerveus. Maar links moet niet te vroeg juichen.

24 February 2011 11:52Gewijzigd op 14 November 2020 13:50
Wilders voert campagne. Foto ANP
Wilders voert campagne. Foto ANP

„Er mag wel een beetje peper in”, jutte Wilders woensdag de kopstukken van VVD en CDA op. Zelf loopt hij zich het vuur uit de sloffen, klaagde de PVV-leider tegenover de media. Maar Rutte en Verhagen zag hij bijna nergens. Konden die twee er niet een schepje bovenop doen? Het gaat bij de Provinciale Statenverkiezingen per slot van rekening ergens over, namelijk over de vraag of de huidige coalitie in de Eerste Kamer een meerderheid weet te veroveren.

De aansporing vanuit het PVV-kamp was koren op de molen van de oppositie. „Alweer kritiek van Geert Wilders op Rutte en Verhagen… Niet eerlijk. Wat blijft er nou voor de oppositie over?” twitterde D66-leider Pechtold met leedvermaak.

Rutte, net terug van een skivakantie, was minder amused. Wilders’ klacht over zijn onzichtbaarheid in de campagne was „belachelijk”, zei de VVD-leider tegenover de NOS. En: „Wilders wordt de komende week op zijn wenken bediend. Uiteindelijk zal hij ons van het scherm moeten poetsen”, aldus een gebelgde Rutte.

Dat de premier in zijn wiek geschoten was, hield verband met twee zaken. In de eerste plaats hebben ook anderen dan Wilders al lang vastgesteld dat VVD en CDA een campagnestrategie hebben gekozen die afwijkt van die van de linkse partijen. Zetten PvdA, GroenLinks, SP en D66 bij alle belangrijke radio- en tv-debatten hun partijleiders in, VVD en CDA kiezen consequent voor hun nummers één op de lijst voor de Eerste Kamerverkiezingen, te weten de ‘mastodonten’ Brinkman en Hermans.

In de tweede plaats kan iedereen vaststellen dat de peilingen voor de huidige coalitie ongunstig zijn. Stonden de drie rechtse partijen recent nog op een krappe meerderheid, nu zijn ze beneden de 50 procent gedaald.

Is er een verband met de gekozen campagnestrategie? Vallen Brinkman en Hermans, hoewel oude rotten in het vak, als debaters toch een beetje tegen? Wat hiervan waar zij, met zijn aansporing tot meer peper in de campagne raakt Wilders een gevoelige snaar.

De reden waarom CDA en VVD opereren zoals ze opereren, laat zich niet moeilijk raden. Bij het CDA, dat momenteel niet eens over een echte partijleider beschikt, zou wel eens de vrees kunnen heersen dat het onvermijdelijke zetelverlies op 2 maart des te meer op Verhagen afstraalt naarmate deze zich meer in de campagne heeft mengt. Vandaar waarschijnlijk dat het rond de huidige minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, ooit zo’n fervent twitteraar, deze weken angstvallig stil blijft. Zelfs de zware kritiek die partijgenoot en oud-minister Veerman woensdag op hem uitte, liet het CDA pareren door iemand anders, te weten Brinkman.

De VVD heeft zo haar eigen redenen om Rutte niet rechtstreeks in debat te laten gaan met Cohen en de anderen. Zij wil de positie van de minister-president, als een soort van boven alle partijen staande staatsman, zo veel mogelijk uitbuiten. „Mensen, wees nu verstandig, en luister naar onze premier die met u allen het beste voorheeft.”

Bovendien leefde bij de liberalen ongetwijfeld de gedachte dat Rutte qualitate qua al zo veel publiciteitsmomenten heeft –zoals zijn vrijdagse persconferentie–, dat hij er veel verstandiger aan doet die momenten uit te buiten dan zich te mengen in risicovolle debatten met linkse opponenten. Liever glorieus aanwezig zijn op een stuk snelweg waar voortaan 130 kilometer per uur mag worden gereden, dan je verdedigen tegen lastige aanvallen op het sociale gehalte van het kabinetsbeleid.

Een foute keuze, nu de peilingen naar beneden afbuigen? Dat is nog maar de vraag. Politicologen stellen dat er in Nederland al decennialang een nauwelijks te doorbreken evenwicht bestaat in de krachtsverhouding tussen links en rechts. Beide kampen kunnen rekenen op steun van ongeveer de helft van alle kiezers. Dat er op 2 maart grote verschuivingen zullen plaatsvinden in de Provinciale Staten staat vast; maar het staat ook nagenoeg vast dat die verschuivingen vooral zullen plaatvinden bínnen de rechterflank van het politieke spectrum en bínnen de linkerflank.

Het eindresultaat zal ongetwijfeld zijn dat ofwel links net aan wint, ofwel rechts nipt de zege behaalt. Welke kant het kwartje opvalt, wordt in het ontzuilde Nederland van 2011 nog voor een belangrijk deel in de laatste paar dagen voor de verkiezingen beslist. Zo bezien kan zelfs een beetje „meer peper” het verschil maken.

Interview GrootNieuwsRadio

Addy de Jong, politiek redacteur Reformatorisch Dagblad

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer