Senioren leren zwakke plekken aanvaller kennen
Een weerbaarheidscursus is geen modegril, stelt Teun Tromp de groep 55-plussers gerust. Hij laat hun een herdruk van ”Klare onderrichtinge der voortreffelijcke worstel-konst” van Nicolaes Petter zien. Daarin komt aan bod „hoe men in alle voorvallen van twist in handgemeenschap sich kan hoeden.” De uitgave uit 1674 is verluchtigd met 71 tekeningen van Romeyn de Hooghe. „Er bestond in de 17e eeuw al een sportschool in Amsterdam.”
De senioren volgen in Papendrecht een weerbaarheidscursus die bestaat uit tien bijeenkomsten van een uur. „En hak en teen. En hak en teen. En hak en teen en sluit aan.” Tromp zet de cursisten niet achter een tafeltje om hen wijsheden te laten opschrijven. Elke les start hij met een uitgebreide warming-up. Ook daarna blijven de 55-plussers in de benen en krijgen ze ‘spelenderwijs’ de nodige kennis aangereikt.
Iemand die weinig goeds in de zin heeft, kun je ook met een schreeuw afschrikken, weet de cursusleider en hij slaakt een brul. „Dus niet door zachtjes ”Niet doen” te murmelen, maar door in één keer alle lucht uit de longen te persen. De belager voelt de energie en druipt af”, stelt Tromp. „Denk aan vroeger als uw kinderen het te bont maakten. Op zo’n moment maakte u hen ook met stemverheffing duidelijk dat het klaar moest zijn. Dat hielp meestal.”
Tromps vrouw Susan is ook van de partij. De cursusleider heeft haar uitgenodigd om handelingen te kunnen illustreren, zoals een tik met de elleboog net onder het oor. „Dit is een van de zwakke plekken. Iemand die daar een klap met een elleboog krijgt, is direct uitgeschakeld”, legt Tromp uit. „Je moet de angel uit iets halen. Dit doe je door vitale punten aan te vallen en niet door in het wilde weg te gaan slaan en schoppen, alleen al vanwege de energieverspilling.” Hij maakt de vergelijking met een auto die ondanks tal van deuken gewoon blijft rijden. „Dat is niet het geval als je de bougie loshaalt.”
Een mens kent meer zwakke plekken, zoals de hals en de ogen. „Een vinger in een oog steken, werkt goed. Met een knie op andersmans knie botsen, is echter niet aan te raden. Dan raken twee sterke punten elkaar. Een schop uitdelen net onder de knie is een stuk effectiever.”
Tromp heeft de nodige ervaring met weerbaarheidscursussen voor senioren. Hij verzorgde er al diverse in Sliedrecht en is nu in Papendrecht uitgenodigd. Over het effect van zijn lessen is hij voorzichtig. „Dat is lastig te meten. Ik hoor in elk geval dat cursisten na de tiende les wat zekerder zijn en mentaal sterker in hun schoenen staan. Als ze ’s avonds laat over straat lopen, voelen ze zich minder snel bedreigd.”
Einddoelen stelt de cursusleider niet. Wel hoopt hij dat de 55-plussers aan het eind van de rit kunnen improviseren. „Het zou mooi zijn als ze tijdens een noodsituatie aangeleerde technieken in de praktijk weten te brengen.”
Dit is het tweede deel van een serie over een weerbaarheidscursus. Volgende week deel 3.