Opinie

Jargon

Iedere vakman of specialist gebruikt vaktermen die voor een buitenstaander soms onbegrijpelijk zijn. Dat geeft niet. Van belang is dat degenen die deze vaktermen gebruiken, zelf exact weten wat de betekenis ervan is. Met één woord kan daarmee iets worden aangegeven waarvoor anders een uitgebreide omschrijving nodig is. Het gebruik van vaktermen, van jargon, is daarom in beginsel functioneel.

22 May 2003 11:16Gewijzigd op 14 November 2020 00:20

In de wereld van het recht gebruikt men ook vaktermen. Buitenstaanders storen zich daar wel eens aan. Zij denken dan dat de jurist zich bewust bedient van gezwollen taalgebruik en van ingewikkelde termen om indruk te maken. Mogelijk is dat ook wel eens het geval.

Maar ook predikanten hanteren niet altijd eenvoudig taalgebruik. Zij bedienen zich soms van ouderwetse termen en van begrippen die slechts door een kleine groep mensen worden begrepen. Als dat gebeurt om daarmee een geleerde of gewichtige indruk te maken, valt dat af te keuren. Maar het gebruik van een min of meer eigen taal door een predikant, heeft wel degelijk een functie.

Een jurist zoekt bij zijn taalgebruik bewust aansluiting bij de tekst van de wet. Tot 1992 sprak de wet bijvoorbeeld over ”wanprestatie” wanneer iemand zijn afspraken niet nakwam. Tegenwoordig noemt de wetgever dat ”toerekenbaar tekortschieten”. Aan het gedrag dat daarmee wordt gedefinieerd, verbindt de wet bepaalde rechtsgevolgen. Wanneer een jurist die gevolgen in werking wil laten treden, zal hij daarom bewust aangeven dat zijn tegenpartij toerekenbaar tekort is geschoten.

Voordeel
Het voordeel van termen die in de wet staan, is dat vakgenoten direct weten wat de ander bedoelt en wat hij daarmee beoogt. Datzelfde geldt tot op zekere hoogte voor een theoloog. Hij zal zijn mening moeten onderbouwen op grond van de Bijbel. Hoe beter een theoloog erin slaagt om zijn standpunt rechtstreeks te baseren op gedeelten uit de Bijbel, hoe geloofwaardiger hij is. Daarom zal een predikant bijbelse termen gebruiken, ook als die termen verouderd zijn en in het dagelijkse spraakgebruik niet meer voorkomen.

De Bijbel volgens de Statenvertaling bevat geen hedendaags Nederlands. De taal in die vertaling is min of meer bevroren. Ook wetteksten zijn min of meer geconserveerd en ontwikkelen zich niet zo snel als het normale spraakgebruik. Veel begrippen die bij het opstellen van onze wetboeken een bepaalde betekenis hebben gekregen, zijn behouden gebleven. Juist door de gewoonte van juristen om zo veel mogelijk formuleringen te hanteren die in de wet voorkomen, kenmerkt juridisch taalgebruik zich door een zeker formeel en plechtstatig gehalte.

Dat taalgebruik heeft ten slotte ook te maken met het handhaven van een bepaalde cultuur. Die cultuur bestaat voor een deel uit groepseigen taalgebruik. Iedere cultuur of subcultuur heeft dat in zekere mate. Dat geeft herkenbaarheid en dat versterkt het groepsgevoel. Die herkenbaarheid is makkelijk en dat geeft vertrouwen.Toch schuilt daarin een gevaar. Als die groepstaal voor een buitenstaander onbegrijpelijk wordt, ontstaat een uitsluitend naar binnen gerichte cultuur. Binnen de groep begrijpt men elkaar. Daarbuiten niet. Dat is een gevaar voor de rechtspraktijk. Ook de rechterlijke macht heeft behoefte aan draagvlak en dat wordt voor een deel gecreëerd doordat de burger rechterlijke uitspraken begrijpt en deze onderschrijft.

Onnodig isolement
Maar hetzelfde geldt voor de kerk. Het hanteren van hoogdravend en gezwollen taalgebruik kan binnen de eigen gemeente herkenbaar overkomen, maar stuit tegenover de buitenwereld op onbegrip. Uiteindelijk leidt dat tot een onnodig isolement. Van een rechter verwacht niemand platvloers of populair taalgebruik. Wel mag men van een rechter heldere en begrijpelijke uitspraken verwachten.

Datzelfde geldt voor predikanten. Zij moeten het Evangelie zo bijbels mogelijk verkondigen. Dat mag echter wel in normaal en begrijpelijk Nederlands gebeuren. Naast herder is een predikant ook leraar. Op hem rust daarom de (schone) taak om de blijde boodschap zo duidelijk mogelijk te verkondigen.

Ongetwijfeld zijn er overal mensen die er bewust voor kiezen om zo veel mogelijk jargon en vaktermen te gebruiken. De boodschap die zij brengen mist dan haar doel!

Mr. J. D. van Vlastuin, advocaat bij de maatschap Bouwman Van Dommelen Advocaten

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer