In het stuk staat dat de luchtvaart in 2020 mag groeien naar 580.000 vliegbewegingen. Schiphol mag als nationale luchthaven 510.000 van die vluchten voor zijn rekening nemen. Regionale luchthavens als Lelystad en Eindhoven mogen de rest verzorgen.

Aangezien in 2009 en 2010 respectievelijk 391.264 en 386.319 vliegbewegingen op Schiphol werden geregistreerd, vragen de volksvertegenwoordigers zich af of Atsma niet te optimistisch is. De bewindsman denkt dat niet, omdat de luchtvaart in die jaren last had van de recessie en de olieprijs. Het aantal vliegbewegingen daalt ook doordat vliegtuigen groter worden. Maar de luchtvaart herstelt zich sterk na de crisis en de verwachting is dat dit doorzet.

Partijen als ChristenUnie, PvdA, SP en GroenLinks en D66 vragen zich desondanks af of de prognose van Atsma wel reëel is. Volgens hen wordt 580.000 zelfs niet in het meest optimistische scenario gehaald. GroenLinks diende daarom een motie in waarin de staatssecretaris wordt gevraagd om per jaar te rapporteren over de groeicijfers. D66 is bang dat de groei wordt beperkt doordat de combinatie AirFrance-KLM wellicht meer vluchten vanuit Frankrijk gaat uitvoeren en Schiphol dan links laat liggen.

De CDA-bewindsman wil echter niet conservatief plannen. „Wij denken dat het groeiscenario, zoals dat door overlegorgaan Alderstafel is geschetst, realistisch is”, opperde Atsma. „Er zijn zelfs deskundigen die zeggen dat het te pessimistisch is. Wij denken dat we met dit getal uit de voeten kunnen.”

De Kamer is zo kritisch over de prognose omdat de staatssecretaris op basis van het cijfer veel op de schop wil nemen. Zo wil hij prijsvechters laten uitwijken naar Lelystad of Eindhoven, waardoor op Schiphol meer ruimte ontstaat voor luchtvaartmaatschappijen met een wereldwijd netwerk. Op die manier zou Schiphol een spin in het web van de internationale luchtvaart kunnen blijven.

De regionale luchthavens moeten in dit scenario worden verbeterd. Kamerleden vragen zich af of dat nodig is.