Opinie

Basisschool heeft bezieling nodig

Op de opiniepagina van deze krant voerde de heer W. P. van Kempen onlangs een pleidooi om binnen het reformatorisch onderwijs te gaan werken met school-oudercontract (RD 13-1). Daarna bleef het stil: geen ingezonden brieven.

S. D. Post
4 February 2011 18:46Gewijzigd op 14 November 2020 13:34

Logisch. Scholen herkennen het probleem: de relatie met ouders verwatert. Dat was bij de oprichting van de school wel anders. Toen waren de ouders innerlijk gedreven door de noodzaak en waarde van het christelijk onderwijs. Toen was er bezieling. Nu zie je hen alleen als er klachten zijn.

Aan de andere kant: ouders verwachten anno 2011 professionaliteit. Het is hún kind voor wie de school werkt. Kwaliteit is nu eenmaal meer dan de vriendelijke glimlach van de juf en de blauwe ogen van de directeur. Helderheid over wederzijdse plichten en rechten moet school en ouders verbinden. Wat is dan mooier dan een contract. Twee handtekeningen leggen de basis onder een jarenlange samenwerking. En als finishing touch de handtekening van de leerling zelf. Van Kempen heeft Rutte aan zijn zijde. In het regeerakkoord staat letterlijk dat scholen gestimuleerd zullen worden contracten te sluiten met ouders.

Zolang opa’s nog niet hoeven aan te schuiven, heb ik gemakkelijk praten, maar ik zou als ouder in normale omstandigheden absoluut en principieel weigeren zo’n contract te tekenen.

Niet omdat ik het probleem niet herken. De afgelopen periode heb ik verschillende schoolplantrajecten gedaan met basisscholen en het verstevigen van de band met ouders werd door alle teams als belangrijk item gezien.

Ook niet omdat ik denk dat een contract niet zou kunnen werken. Inderdaad, je weet wat je van elkaar kunt verwachten en kunt elkaar aanspreken op het niet nakomen van de afspraken. Maar hoe verleidelijk contractdenken ook is, het gaat ons op termijn niet helpen. Het brengt ons verder van huis, het verzakelijkt en verkilt de relatie.

Wat hier aan de orde is, kun je het best begrijpen als je overweegt hoe organisaties zich in deze samenleving bewegen. Er zijn vier terreinen te onderscheiden. Behalve de overheid en de markt zijn er maatschappelijke organisaties als scholen en ziekenhuizen en de kleine gemeenschappen als gezin en kerk. Iedere groep heeft zijn eigen manier van sturing.

Denken in contracten hoort bij de markt. Met een bedrijf maak je afspraken over het product of de dienst die geleverd moet worden, en over de prijs die je in ruil wilt betalen. Een contract kent clausules. Als we de band met ouders regelen via contracten, zoeken we ons heil in het beheersingsmechanisme van het marktdenken. Een desastreuze ontwikkeling.

Niet letterlijk zin-loos marktdenken, maar waardegedragen gemeenschapsdenken past bij de christelijke school. Bezieling in plaats van beheersing. Dat is een route die veel mooier, zinvoller en kansrijker is dan de markt. Er is een diepe, levende verbondenheid tussen school en gezin: het kind. De liefde tot deze jongen, het verlangen naar zijn groei en ontwikkeling, en het gedeelde antwoord op de vraag waar het geluk voor dit kind te vinden is, verbinden. Contracten knevelen relaties. Contracten regelen wantrouwen. Contracten gaan uit van tegen in plaats van samen. Wat we nodig hebben in het reformatorisch onderwijs is solidariteit, loyaliteit en vertrouwen.

Ik heb het dan niet enkel over het vertrouwen dat genoeg heeft aan die vriendelijke glimlach en de blauwe ogen, hoewel de persoonlijke ontmoeting van een ouder met de leerkracht van zijn kind van moeilijk te overschatten betekenis is. Ik bedoel ook niet een vertrouwen dat al tevreden is met de grondslag en identiteitsdocumenten, hoewel de christelijke identiteit een basis is voor het vertrouwen om je kind bij deze school aan te melden. De vorming en opvoeding van het kind zijn veel te waardevol en kwetsbaar om te volstaan met deze basale vormen van vertrouwen.

Er is meer nodig. Vertrouwen moet versterkt en gevoed worden door transparant te zijn, door actief informatie te verstrekken, door zichtbare deskundigheid en professionaliteit, door goede resultaten, door te laten zien dat je als school niet alleen les geeft, maar ook bereid bent lessen te leren.

De school als gemeenschap, dat bereik je door naar elkaar te luisteren. Dat is een les voor ouders. Maar ook voor leerkrachten valt er nog wel wat te doen. Neem ouders serieus. Luister naar hen als ze het over hun kind hebben: ze zijn expert op dat gebied. Luister naar hen als ze aangeven hoe ze geïnformeerd willen worden, ook al is dat met een gewoon cijferrapport. Voel je verbonden met hen, ook als je over hen praat in de personeelskamer. Betrek hen bij beleid. Nodig ze uit voor een viering of een barbecue.

Scholen hebben bezieling nodig. Ouders kunnen bijdragen door „gebed, inzet van tijd, geld, menskracht en een positieve uitstraling”, zoals Van Kempen trefzeker verwoordt. Contracten kunnen we missen als kiespijn. Laten we het verzegelen door een gemeend schouderklopje, of als het echt nodig is: met een stevige handdruk.

Reageren aan scribent? welbeschouwd@refdag.nl

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer