Minister boos over D66-voorstel schoolwet
DEN HAAG – Minister Van Bijsterveldt van Onderwijs trekt de wet die samenwerkingsscholen van openbaar en christelijk onderwijs mogelijk maakt, in als de Kamer een D66-amendement over verruiming van de wet aanvaardt.
„Ongrondwettelijk en onaanvaardbaar”, zo noemde een zichtbaar geïrriteerde bewindsvrouw het D66-wijzigingsvoorstel woensdag tijdens de behandeling van de wet in de Tweede Kamer.
De wet regelt dat openbare en bijzondere scholen bij dreigende opheffing vanwege leerlingengebrek samenwerking mogen aangaan. D66-Kamerlid Van der Ham wil echter dat samenwerkingsscholen ook mogen als openbare en bijzondere scholen daar uit vrije wil voor kiezen; dus ook als ze niet onder de opheffingsnorm komen.
De Tweede Kamer liep twee weken geleden, onder aanvoering van VVD-Kamerlid Elias, ook al te hoop tegen het amendement. De liberaal wilde het amendement door de Kamer als ontoelaatbaar laten betitelen, omdat het haaks staat op de bedoeling van de wet. Daarvoor leek een Kamermeerderheid te bestaan, maar de PVV draaide op het laatste moment, zodat er tijdens de stemming vorige week toch geen meerderheid was.
De discussie over het D66-amendement stond ook woensdag centraal tijdens de behandeling van het wetsvoorstel. Minister Van Bijsterveldt kon woensdag voor het eerst reageren op het wijzigingsvoorstel. Ze nam er in ronde bewoordingen afstand van. Volgens de bewindsvrouw is D66-plan in strijd met artikel 23 van de Grondwet, over de vrijheid van onderwijs. Ze benadrukte dat de beide Kamers van de Staten-Generaal de Grondwet uitsluitend hebben gewijzigd met het doel om in noodgevallen een samenwerkingsschool mogelijk te maken. En dan gaat het niet aan om de reikwijdte van de wet die de samenwerking feitelijk mogelijk maakt, flink op te rekken. Als de Kamer het amendement aanneemt, trekt de minister de wet in. Volgende week dinsdag hebben de stemmingen plaats.