Zeventig missies en operaties voerde de Nederlandse krijgsmacht uit sinds de val van de Muur in 1989. Variërend van klein naar groot, verspreid over de hele wereld.

Volgens eigen opgave hebben de ChristenUnie noch haar rechtsvoorgangers RPF en GPV sinds de val van de communistische regimes in Oost-Europa ooit tegen een missie gestemd.

De partij stemde in april vorig jaar ook in met de motie-Peters/Pechtold. Die motie ligt aan de basis van het huidige kabinetsvoorstel voor een nieuwe missie naar Kunduz. Met het stuk verzocht de Kamer het toenmalige, demissionaire kabinet-Balkenende IV „de behoefte op het gebied van civiele politietraining en -opleiding in Afghanistan in kaart te brengen en de Kamer conform het toetsingskader te informeren hoe Nederland daarin mogelijk kan voorzien.”

Glashelder

Behalve de achterban raadpleegde de ChristenUniefractie begin deze week ook een aantal deskundigen uit eigen kring. Militairen, een internationaal jurist, deskundigen op het gebied van politietraining en van godsdienstvrijheid en iemand van Clingendael. Een glashelder stemadvies kreeg de fractie van hen niet. Wel toonden ze zich enthousiast over het Europese deel van de missie, dat voorziet in de training van het middenkader van de Afghaanse politie. Over het NAVO-deel, dat zich richt op het aanleren van basisvaardigheden bij aspirantagenten, leefden ook bij hen nog veel vragen.

Vragen en opmerkingen bereikten ChristenUnie-Kamerlid Voordewind de afgelopen weken ook per e-mail. „Het overgrote deel daarvan is kritisch”, geeft hij desgevraagd aan: „Begin er niet aan, we hebben er al genoeg gedaan, waarom trainen we de Afghanen niet hier?”

Hij vindt het „logisch” dat de meeste reacties kritisch zijn. „De mensen die instemmen met de missie hebben er toch minder behoefte aan om van zich te laten horen.” Zaterdag bij de achterbanbijeenkomst verwacht hij een „evenwichtiger” verdeling van voor- en tegenstanders. De Afghanistansessie is een onderdeel van de traditionele vriendendag die de fractie regelmatig organiseert. „Die trekt doorgaans een doorsnee van onze partijleden.”

Welwillend

Net als de CU stemden ook CDA en SGP in met de motie-Peters/Pechtold. Direct na de bekendmaking van het kabinetsvoorstel voor de nieuwe missie naar Afghanistan twitterde SGP-fractieleider Van der Staaij dat hij de uitzending „welwillend” bekijkt. Het CDA is ook voor.

Anders dan de CU stemden CDA en SGP in de afgelopen twee decennia wél eens tegen een militaire missie, namelijk tegen Unmee. Die ging in 2000 van start en beoogde de vrede in het grensgebied tussen Ethiopië en Eritrea te handhaven.

Het CDA, toen in de oppositie tegen het tweede paarse kabinet, vond het mandaat waarmee de militairen werden uitgezonden te licht.

De SGP gaf, bij monde van toenmalig Kamerlid Van den Berg, aan dat „door de deelname aan Unmee de krijgsmacht de grenzen van zijn mogelijkheden bereikt, zo niet overschrijdt.” Bovendien noemde hij de bijdrage voor maximaal zes maanden „niet effectief.” Aan het einde van het debat destijds concludeerde de SGP’er: „Onze fractie vindt dat wij goed moeten meedoen, of niet moeten meedoen.”

„’t Is al weer even geleden dat de SGP tegen een missie stemde”, erkende Van der Staaij begin deze week desgevraagd. Lachend: „Je zou je bijna afvragen of het geen tijd wordt dat weer eens te doen.”