Heupprothese jongeren moet kop en kom met botcement hebben
Jongeren die een heupprothese krijgen, zijn gebaat bij een kop en kom met botcement, want zo’n kunstgewricht gaat veel langer mee. Dit blijkt uit recent onderzoek van de afdeling orthopedie van het UMC St Radboud in Nijmegen. Na tien jaar is bij zo’n 83 procent van de jongeren de heup nog steeds goed, een opvallend hoog percentage.
Bij oudere patiënten die een ‘versleten heup’ hebben door artrose biedt een heupprothese uitkomst. Zo’n prothese is soms ook de beste oplossing voor jongeren met bijvoorbeeld reuma of voor jongeren van wie de heupkom is beschadigd na een ongeval.
Het kunstgewricht heeft echter een beperkte levensduur. Vaak is een tweede operatie nodig, zeker bij jongeren die een actief leven leiden.
Tien jaar lang volgde de afdeling orthopedie 48 patiënten die voor hun dertigste levensjaar een nieuwe kunstheup nodig hadden. Allen kregen een heup met een laagje botcement. Die blijkt aanzienlijk minder snel te slijten dan het gangbare stalen kunstgewricht.
