Binnenland

„Bied hulp aan zoeker kinderporno”

DEN HAAG – Ontbied downloaders van kinderporno zo nodig op het politiebureau, opperde korpschef Bik van het Korps landelijke politiediensten (KLPD) dinsdag. Theo Noten van het Meldpunt Kinderporno op internet: „Het is een goed idee om hulpverlening aan te bieden.”

J. Visscher
5 January 2011 13:23Gewijzigd op 14 November 2020 13:09
Theo Noten. Foto Ecpat
Theo Noten. Foto Ecpat

Creëer schaamte rond kinderporno, betoogde politiebaas Bik. De politie moet niet alleen strafrechtelijke wapens hanteren, maar zou ook moeten nadenken over andere middelen, die minder opsporingscapaciteit opslokken. Roep downloaders van kinderporno naar het politiebureau, licht hun familie in of stuur een wijkagent op hen af.

Theo Noten, medewerker van het Meldpunt Kinderporno op Internet en van kinderbeschermingsorganisatie Ecpat, vindt Biks suggestie een goed idee. „We moeten allerlei wegen bewandelen in de actie tegen kinderporno. Het lijkt me uitstekend als Bik schaamte rond kinderporno wil creëeren. Het is goed om een hulpverleningstraject aan te bieden. Als een meneer kinderporno downloadt, een strafbare activiteit, zou het goed zijn hem daarvan op de hoogte stellen. Het zou kunnen dat iemand uit nieuwsgierigheid of bij bijvoorbeeld tijdens surfen naar porno, bij kinderpornomateriaal terechtkomt. Daarnaast is het mogelijk dat iemand met een bepaalde seksuele voorkeur bewust naar kinderporno zoekt. Voor zo’n persoon zou hulpverlening aangeboden moeten worden.”

Noten pleit ervoor in Nederland een systematiek uit Engeland over te nemen, waarbij bezoekers van kinderpornosites worden verwezen naar hulpverlening. „In Engeland kennen ze het systeem ”Stop it now”. Als iemand op internet bij geblokkeerd kinderpornomateriaal terecht komt, krijgt die automatisch een melding waarbij verwezen wordt naar hulpverlening. In Rotterdam is een project waarbij first offenders, mensen die voor het eerst kinderporno downloaden, hulp krijgen aangeboden.”

Noten vraagt zich af of het „verstandig” is dat de politie meteen „in vol ornaat” familie van een downloader van kinderporno waarschuwt. „Als een gewaarschuwd persoon zijn gedrag na een eerste gesprek met de politie niet verandert, zou het informeren van iemands omgeving een volgende stap kunnen zijn.”

SGP-Kamerlid Van der Staaij, die zich al jaren bezighoudt met de strijd tegen kinderporno, vindt Biks pleidooi om schaamte rond kinderporno te creëren „een terecht” punt. „Het is goed dat hij wijst op het belang van sociale controle en het maatschappelijk bewustzijn rond dit onderwerp wil bevorderen. In sommige kringen bestaat immers een bepaalde acceptatie van kinderporno.”

Tegelijkertijd keert Van der Staaij zich tegen de gedachte dat een gesprek op het politiebureau „de gaten in de rechtshandhaving moet vullen”. „Een strafrechtelijke aanpak blijft hard nodig. In de Kamer is onlangs aangedrongen op 75 extra zedenrechercheurs. Die zouden er zeker moeten komen. Staatssecretaris Teeven van Justitie staat in ieder geval welwillend tegenover die wens. Je redt het met een bepaalde categorie niet met een goed gesprek. Kinderporno wordt steeds harder. Er is een harde kern die we stevig moeten aanpakken.”

Politiebaas Bik vraagt zich ernstig af of iemand van wie bekend is dat hij kinderporno heeft gedownload nog wel in aanmerking moet komen voor een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG).

Noten: „Ik denk dat je gevallen individueel moet bekijken. In ieder geval is het goed om de regels rond een VOG tegen het licht te houden. In Nederland kon de veroordeling van Robert M. in Duitsland voor het bezit van kinderporno niet onderzocht worden. Die gang van zaken moet zo snel mogelijk veranderen. Op Europees niveau moet worden geregeld dat die onderzoeken wel mogelijk worden. Ook vinden we dat niet alleen beroepskrachten, maar ook vrijwilligers die met kinderen werken, een VOG zouden moeten tonen.”

Van der Staaij: „In ons land kun je mensen niet zomaar een VOG weigeren. Daar moet dan wel een veroordeling aan ten grondslag liggen. Het kan lastig zijn om de bewijslast rond te krijgen. We moeten nadenken over de vraag of en hoe we die bewijsvergaring kunnen vergemakkelijken, zodat het sneller tot een veroordeling komt. Als er op verdacht materiaal bijvoorbeeld dubieuze scènes met jeugdige personen wordt gevonden, zou de bezitter moeten kunnen aantonen waarom die persoon achttien jaar is en niet jonger.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer