Het jaar van de verandering
2010 was in politiek opzicht een verrassend en historisch jaar. Verrassend, omdat iemand die in januari, februari of maart voorspeld zou hebben dat er nog dit jaar een rechts, door de PVV gedoogd kabinet zou aantreden, voor gek was verklaard. „Ondenkbaar”, zouden negen van de tien Nederlanders hebben gereageerd.
En ook de politici zelf leefden nog in heel andere sferen. D66 ging er nog vanuit dat zij bij nieuwe Kamerverkiezingen weleens de grootste zou kunnen worden. De partij dacht serieus na over eventuele premierskandidaten. Rinnooy Kan misschien? Of Wijers?
De uitkomst was een volstrekt andere. Voor het eerst in de geschiedenis werd de VVD de grootste. Rutte werd premier. Nee, niet van een paarse coalitie, maar van een kabinet gevormd uit zes VVD- en zes CDA-ministers, met gedoogsteun van de door links zo verfoeide Wilders.
Dat verkiezingen tot een politieke omslag leiden, komt vaker voor. Maar dit keer was de omslag wel heel groot. Het CDA stapte voor het eerst in een kabinet waarin het de kleinste partner was. Voor het eerst kreeg Nederland te maken met een officieel gedoogakkoord. En dat PVV-Kamerlid Bosma columnist werd bij NRC Handelsblad, illustreert hoe een voormalige pariapartij salonfähig begint te worden.
Dat er een zó rechts kabinet tot stand kwam, bracht sommigen er zelfs toe van een „paradigmashift” te spreken. Volgens bestuurskundige Jouke de Vries beleeft Nederland momenteel „een contrarevolte, waarbij nieuwe partijen zich afzetten tegen het gesloten linkse wereldbeeld en de negatieve beleidsmatige gevolgen die wij daarvan ondervinden.”
In eerste instantie lijkt die conclusie overdreven. Want hadden de dingen dit jaar ook niet heel anders kunnen lopen? SCP-directeur Schnabel wees er onlangs op dat er in 2010 in elk geval drie momenten zijn geweest dat een rechtse gedoogregering voorkomen had kunnen worden. Eerst toen het CDA halsoverkop Balkenende aanwees als lijsttrekker. Had de partij voor Eurlings gekozen, dan was het verlies voor de christendemocraten minder groot geweest en de winst voor de PVV kleiner, aldus Schnabel.
Het tweede moment was toen PvdA, D66 en GroenLinks weigerden te praten over een middenkabinet. Hadden zij zich daartoe wél bereid getoond, dan had niemand om die variant heen gekund, meent de SCP-directeur.
En het derde moment was toen CDA-Kamerlid Klink uit de fractie stapte. Had hij dat niet gedaan, dan was er voor Wilders immers geen aanleiding geweest terug te keren naar de onderhandelingstafel?
In zekere zin had alles dus inderdaad heel anders kunnen lopen. Maar in zekere zin ook niet. Wie naar de huidige onderstroom in de maatschappij kijkt, kan namelijk vaststellen dat het tot stand komen van dit kabinet geheel past in de tijdgeest. Veel burgers, ook zij die niet op VVD, PVV of CDA stemden, willen dat de bureaucratie wordt aangepakt, dat de veiligheid groter wordt en dat de sociale zekerheid zo min mogelijk wordt aangetast.
De socioloog Gabriël van den Brink wees er recent op dat verkiezingsuitslagen en politieke krachtsverhoudingen veel minder door de economie bepaald worden dan velen denken. Het is een misvatting dat burgers alleen door hun eigen portemonnee gedreven worden. Minstens zo belangrijk zijn religie, cultuur en waarden- en normenpatronen.
Wat de veranderingen in de cultuur betreft, onderscheidt Van den Brink cycli van zo’n dertig jaar. Zij beginnen met een periode waarin onder burgers de drang naar vrijheid buitengewoon groot is, en zij eindigen met een periode waarin velen zich weer richten op orde, regels en gezag. Een periode van een uitgesproken libertair levensgevoel waren de jaren zestig en zeventig. Momenteel bevinden we ons, aldus de socioloog, weer in een tijd van verstrakking. Vandaar dat een kabinet dat op veiligheidsgebied de touwtjes aantrekt, naadloos past in het actuele maatschappelijke klimaat.
Of Van den Brinks analyse klopt en we ons inderdaad op een scharnierpunt in de tijd bevinden, zal de toekomst leren. Dit kan duidelijk zijn: áls hij gelijk heeft, is het vertrek van GL-leider Halsema uit de politiek, juist aan het einde van 2010, meer dan toevallig. Dan is het afzwaaien van een zo libertair denkend politica het zoveelste bewijs van het feit dat er werkelijk een einde is gekomen aan een tijdperk.