De Franse onderzoeksrechters Marc Trévidic en Nathalie Poux hebben de verdachte kopstukken in Burundi op de hoogte gesteld van de zaak die tegen hen loopt, berichtten donderdag bronnen bij justitie in Parijs.

Het is een onderzoek naar de moord op de Rwandese president Juvénal Habyarimana en diens Burundese ambtgenoot Cyprien Ntaryamira. Beiden kwamen om, toen het Franse vliegtuig waarin ze in april 1994 vlogen, kort voor de landing in de Rwandese hoofdstad Kigali door onbekenden werd neergehaald. Beiden waren lid van de Hutumeerderheid, die in zowel Burundi als Rwanda langdurig is gedomineerd door Tutsi’s.

Extremistische Hutu’s in Rwanda zagen de moord als aanleiding voor het uitmoorden van de Tutsiminderheid. Het leidde in korte tijd tot gruwelijke en massale moordpartijen, die mogelijk 800.000 mensen het leven kostten. De bloedige chaos werd beëindigd door een guerrillaleger van Tutsi’s, die onder leiding van Paul Kagame vanuit Uganda Rwanda was binnengevallen. Hij heeft sindsdien de macht in het Afrikaanse land stevig in handen.

Arrestatiebevelen in deze zaak zijn echter ingetrokken op grond van een overeenkomst met het regime in Kigali. Daarmee konden onderzoekers in Rwanda mensen ondervragen en ook de zes verdachten zelf vragen stellen in Burundi.

De Franse onderzoekers verdenken Kagames guerrilleros van het Rwandees Patriottisch Front (FPR) ervan het toestel te hebben neergeschoten om een omwenteling te bewerkstelligen. Het FPR had vergeefs geprobeerd gewapenderhand het door Frankrijk gesteunde regime van Habyarimana ten val te brengen. Radicale Tutsi’s rond Kagame zouden mogelijk hebben afgewild van een vredesregeling met Habyarimana, omdat die in hun ogen de Tutsi’s te weinig politieke macht bood.