Opinie

Plannen kabinet-Rutte botsten met eisen van deze tijd

De regering zou meer aandacht moeten geven aan vernieuwing die dienstbaar is aan het leven in de breedste zin van het woord, vindt prof. dr. ir. E. Schuurman. Alleen dan bestrijdt ze de grond van de huidige crises: de morele crisis.

9 December 2010 09:45Gewijzigd op 14 November 2020 12:50
Foto Sjaak Verboom
Foto Sjaak Verboom

Het kabinet-Rutte I heeft vooralsnog de wind mee in grote delen van de samenleving. Dit is het kabinet dat problemen „keihard” gaat aanpakken! Het is echter de vraag of we in de toekomst ook op die manier terug zullen kijken op dit kabinet. Waar deze regering in de beeldvorming naadloos aansluit bij de tijdgeest, slaat ze inhoudelijk de weg in naar verdieping van de crises waar ons land door wordt geteisterd.

In de regeringsverklaring wordt terecht veel over de crisis gesproken – daarmee doelend op de financieel-economische crisis. In de bekende analyses van deze crisis wijst de beschuldigende vinger vaak naar het neoliberalisme, naar het bij uitstek individualistisch materialisme. Dat maakt het opmerkelijk dat het kabinet zich niet bekommert om die oorzaken van de crisis en de indruk wekt haar te willen oplossen met middelen, methoden en processen die de crisis zelf hebben veroorzaakt.

Het baart daarbij nog meer zorgen dat het kabinet de samenhang met en de oorzaak van allerlei andere crises, zoals de milieucrisis, de klimaatcrisis, de energiecrisis, de voedsel- en grondstoffencrisis en de watercrisis, geen aandacht geeft. De achtergrond van al deze crises is het individualistisch materialisme – dat weliswaar zeer flexibel is in het vinden van nieuwe wegen om oude doelstellingen te bereiken, maar dat niettemin schadelijk is voor mens, samenleving en ecologie.

Het kabinet hult zich in een pijnlijk stilzwijgen over deze onderwerpen. Sterker nog, de tijd wordt op sommige terreinen teruggedraaid. Een duidelijke demonstratie daarvan is het stopzetten van natuurbeleid. Te denken valt ook aan het wegvallen van voordelen om in groenfondsen te investeren, aan minder aandacht voor hooggekwalificeerde biologische landbouw.

Ook het opheffen van het ministerie van Landbouw met een lange Nederlandse traditie is veelzeggend voor de blindheid van dit kabinet voor de eisen van deze tijd. Het is immers de vraag of deze weg in het licht van de voedselcrisis straks al niet weer als achterhaald moet worden beschouwd.

Ook door het sociale beleid van het kabinet waait een neoliberale wind. Zelfs de christendemocratie is ervoor bezweken. Het begrip ”gespreide verantwoordelijkheid” is daar sedert enkele jaren ”eigen verantwoordelijkheid” geworden. De zwakkeren in de samenleving zullen behoorlijk moeten inleveren. Dat betreft bijvoorbeeld kortingen op de bijstandsuitkeringen, de WAO-uitkeringen aan gehandicapten (Wajong), versobering van de AOW, de kinderopvang, het kindgebonden budget, de zorgtoeslag, vergoedingen voor langdurige en chronische zorg en verlaging van hulp aan de allerarmsten op deze wereld. Gezinnen met één inkomen krijgen het moeilijk.

Dat het kabinet de nadruk legt op de eigen verantwoordelijkheid is op zichzelf niet bezwaarlijk. Maar degenen die die verantwoordelijkheid niet kunnen dragen, worden het kind van de rekening. Van de onderkant van de samenleving worden offers gevraagd. Maar hoe groot zijn die van de bovenkant en staan ze in een rechtvaardige verhouding ten opzichte van elkaar? Als we op termijn niets doen aan de hypotheekrenteaftrek, niets aan de bonusregeling in de bankwereld en het bedrijfsleven en niet een tijdelijke extra belasting voor welgestelden invoeren, en we leggen de rekening neer bij de meest kwetsbaren, dan is de meest fundamentele solidariteit in het geding!

De financieel-economische crisis biedt zeer veel kansen om onze samenleving en economie een andere richting in te sturen. Er staat de komende tijd dan ook veel meer op het spel dan alleen veiligheid en de strijd tegen criminaliteit. Het kabinet is te prijzen voor zijn inspanningen op dat vlak, maar diezelfde daadkracht mag ook worden gevraagd als het aankomt op het aanpakken van de crises en hun oorzaak. Vergroening en (internationale) solidariteit zijn geen knuffelprojecten van de elite, maar noodzakelijke doelstellingen voor de toekomst van onze maatschappij.

We zouden juist nu moeten kiezen voor een integrale ontwikkeling en vernieuwing in wetenschap, technologie en economie. Een vernieuwing die dienstbaar is aan het leven in de breedste zin van het woord: oog hebben voor individuele mensen dichtbij en veraf, de samenlevingsverbanden, het dierenrijk, het plantenrijk, natuur en milieu. Dat brengt eenheid en samenhang in de politiek van duurzaamheid.

Dan zouden we bovendien ook werkelijk toekomen aan hoog noodzakelijke hervormingen, die met het oog op de toekomst voor ons allen van groot belang zijn. Alleen dan bestrijden we de grond van alle crises –de morele crisis– en komen we met kracht op voor inhoudsvol rentmeesterschap. Dit kabinet schuift die rekening echter onbetaald door naar de volgende generatie. Dat mogen we onze jongeren niet aandoen.

De auteur is voorzitter van de ChristenUniefractie in de Eerste Kamer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer