KLM overweegt vliegen op Bagdad
De KLM heeft interesse in vluchten op de Iraakse hoofdstad Bagdad. De luchtvaartmaatschappij zegt nog geen concrete plannen klaar te hebben, maar achter de schermen zijn de voorbereidingen begonnen.
De Amerikaanse partner van KLM, Northwest Airlines, heeft bij het Amerikaanse ministerie van Transport al toestemming gevraagd om samen met KLM passagiers en vracht te gaan vervoeren, onder meer via Schiphol.
Dat heeft een woordvoerder van KLM zondag gezegd. Hij benadrukt dat er nog geen concrete plannen zijn, maar dat Bagdad wel een „commercieel interessante” bestemming is. „De situatie is echter nog te onzeker om al te gaan investeren in een lijndienst”, zo stelde hij.
KLM en Northwest zijn niet de enige maatschappijen die op de Iraakse hoofdstad willen gaan vliegen. Ook het Duitse Lufthansa en het Britse Virgin hebben concrete interesse getoond, net als vrachtvervoerders World Airways en North American.
Lufthansa liet zaterdag weten dat het zo snel mogelijk de vluchten naar Bagdad wil hervatten. Volgens de Duitsers trekt de herstellende olie-industrie veel zakenreizigers naar de hoofdstad van Irak.
Volgens de KLM kleven aan vluchten op het voormalige oorlogsgebied echter nog grote onzekerheden, onder meer door de onduidelijkheid over de luchtvaartrechten. Irak verkeert in een overgangsfase. De Verenigde Staten zijn bezig met de formatie van een tijdelijk bewind voor Irak en hebben nog zeker een jaar de macht in het land.
Landings- en overvliegrechten zijn zaken die tussen regeringen van landen zijn geregeld. Naast Northwest dat met de Amerikaanse autoriteiten praat, heeft KLM contact met de Nederlandse ministeries van Verkeer en Waterstaat en Buitenlandse Zaken. Volgens de woordvoerder van KLM is het moeilijk in te schatten wanneer de formaliteiten rond zijn.
Een woordvoerder van het Amerikaanse ministerie van Transport kon afgelopen dagen ook nog niets zeggen over hoe en wanneer het reguliere luchtverkeer op Irak geregeld gaat worden. Vliegen op Irak is al sinds 1990 verboden. Diverse autoriteiten onderzoeken nog hoe het nu verder moet, zo stelde de woordvoerder, en wees daarbij op president Bush als de eindverantwoordelijke.