Opinie

Onduidelijkheid rond kerkomroep

De verwarring lijkt compleet voor wie de berichtgeving omtrent de alternatieven voor kerktelefoon de afgelopen weken heeft gevolgd, concludeert Johan van der Stoel.

9 May 2003 16:20Gewijzigd op 14 November 2020 00:18
„Welke oplossing men ook kiest voor kerktelefoon, de luisterkastjes dienen uitwisselbaar te zijn.” - Archieffoto RD, Sjaak Verboom
„Welke oplossing men ook kiest voor kerktelefoon, de luisterkastjes dienen uitwisselbaar te zijn.” - Archieffoto RD, Sjaak Verboom

Het is meer dan een jaar stil geweest in de media omtrent dit onderwerp. Nu stelt de stichting Intermediair Kerkomroep Nederland (sIKN) drie oplossingsrichtingen voor: kabel, ether en internet. Van der Stoel geeft een nadere beschouwing. Op dit moment is er in enkele plaatsen een aantal kerken dat met name het Orbitron-systeem gebruikt. In het kort komt dit systeem erop neer dat vanuit de kerk een koppeling naar het kabelkopstation gemaakt wordt, waarna het audiosignaal via het kabelnet naar de luisteraars wordt gedistribueerd. Het heeft zichzelf bewezen en de gebruikers zijn er tevreden over.

Er wordt nu al jaren een discussie gevoerd over het op grotere schaal gebruiken van dit transportmedium. Daarbij is onder meer het volgende van belang:

  1. De medewerking van de kabelmaatschappijen is nodig. Voorzitter Doornenbal van de sIKN heeft op de algemene ledenvergadering van de LOK op 5 april gezegd dat de grote kabelmaatschappijen zich in principe bereid verklaard hebben om kerktelefoon te gaan faciliteren. Mooie woorden, maar wat ze inhouden, is volstrekt onduidelijk. Iedereen ziet dat de kabel technisch gezien een fantastische oplossing is voor deze problematiek, maar ook dat hier voor de kabelmaatschappijen de nodige haken en ogen aan zitten. Zou de medewerking na drie jaar eindelijk komen? Het zou mij ten hoogste verbazen.

  2. Niet elke kerktelefoonluisteraar kan en/of wil op de kabel. Om mensen te helpen die niet op de kabel aangesloten kunnen worden, kan sIKN een koppeling met haar intranetsysteem aanbieden. Technisch bezien is dit een goede oplossing, maar dit betekent wel dat een kerk dan twee soorten luisterkastjes moet kopen: kabelontvangers en internetontvangers. De kosten van de koppeling zullen sterk afhangen van de plaatselijke situatie.

  3. Buiten de Bible Belt is de kabel te duur, omdat de luisterdichtheid daar te laag is. Tenzij de sIKN een tariefovereenkomst voor geheel Nederland met alle kabelmaatschappijen af kan sluiten -iets waar tot op vandaag nog niet over gesproken is- zal blijken dat deze oplossing duurder uitvalt dan de internetoplossing. Dit komt omdat de kabelmaatschappijen een tarief per aangesloten abonnee -dus niet per aangesloten kerktelefoonluisteraar- bij de kerk in rekening brengen voor een kanaal op de kabel.

  4. Waarom geen internet over de kabel? Op dit moment zijn er enkele honderdduizenden gebruikers van internet over de kabel. De kabelmaatschappijen hebben inmiddels veel ervaring met deze techniek opgedaan en die heeft zich daarom ruimschoots bewezen. Naast een aantal software-instellingen en het installeren van een kabelmodem met internetontvanger zijn er voor een kabelmaatschappij geen extra kosten verbonden aan het aanbieden van kerktelefoon via de kabel. Dit is veel eenvoudiger dus dan welke andere kabeloplossing ook. Ik kan me niet voorstellen dat er met de kabelmaatschappijen niet een kostenmodel te bespreken is dat zo’n product tot een aantrekkelijk alternatief maakt.

Ether
Voor het uitzenden van kerkdiensten via de ether zijn twee alternatieven voorhanden: met draadloos internet (ook wel wireless LAN of WLAN of WiFi genoemd) en via een radiozender. Voor de laatste oplossing gaat het ministerie van Economische Zaken, aldus de sIKN, vergunningen per kerk afgeven voor het gebruik van de ATF1-band, waarna kerkdiensten tot een afstand van enkele kilometers met een speciale ontvanger te beluisteren zijn. Binnenkort gaat met deze oplossing een proef in Lisse van start. De beperkingen van deze oplossing zijn velerlei: matige geluidskwaliteit, de vergunning wordt voor slechts vijf jaar verstrekt, en de oplossing is niet voor iedereen bruikbaar.

De draadloosinternetvariant is mijns inziens veel aantrekkelijker voor kerken. De reikwijdte die het systeem van bijvoorbeeld Lumiad biedt, is vergelijkbaar met die via de ATF1-band, terwijl hier geen vergunningensysteem aan vastzit. Als kerken bijvoorbeeld een zogenaamde hotspot (draadloze internettoegang) in de kerktoren laten plaatsen, hoeven de luisteraars slechts een draadloze internetradio te kopen, waarna de kerken tegen minimale kosten elke luisteraar kunnen bereiken.

In veel gevallen zullen de draadloosinternetproviders bereid zijn de kosten voor de zender in de kerk voor hun rekening te nemen in ruil voor het gebruik van de kerktoren. Op www.wirelessbetuwe.net is meer te lezen over zo’n oplossing.

Internet
Over de internetoplossing is al veel geschreven, ook door ons. Toch heeft de ALV diverse nieuwe vragen opgeroepen.

  1. Zijn de luisterkastjes uitwisselbaar? De sIKN heeft voor de luisterkastjes basisspecificaties opgesteld. Deze specificaties zijn te downloaden vanaf de website van de sIKN. Op de eerder genoemde algemene ledenvergadering van 5 april (ALV) presenteerden diverse leveranciers zich met zulke producten. Heeft een kerk als deze kastjes aan het eind van het jaar op de markt komen, de mogelijkheid om uit de verschillende kastjes te kiezen? Het zou de marktwerking enorm bevorderen als de sIKN het voortouw zou nemen om ervoor te zorgen dat de kastjes uitwisselbaar zijn. Enerzijds om de kerken de keus te geven uit de verschillende aangeboden producten, maar anderzijds vanuit het oogpunt van de continuïteit: als het ene product niet meer leverbaar is, kan dit probleemloos vervangen worden door een ander.

  2. De internetmarkt blijft in beweging. Het is op verschillende manieren mogelijk om toegang tot internet te krijgen. Deze markt zal naar verwachting de komende jaren nog sterk in beweging blijven. De telefoonlijn, ADSL, kabel en draadloos hebben allemaal hun voor- en nadelen, maar één ding is duidelijk: de afgelopen jaren hebben geleerd dat de toegang tot internet op steeds meer manieren mogelijk wordt, en dat er steeds meer toepassingen voor internet beschikbaar komen. Onder meer toepassingen voor ouderen, maar ook steeds meer toepassingen waarvan we niet eens beseffen dat ze via internet (gaan) lopen. Bijvoorbeeld de kerktelefoon. Of de radio. In het algemeen geldt dit in toenemende mate voor toepassingen die voor een beperkt aantal mensen interessant zijn.

  3. De sIKN als internetprovider? Een groot deel van de kosten van de internetoplossing wordt bepaald door de kosten van de internettoegang door de luisteraar. In haar streven deze kosten zo laag mogelijk te krijgen, heeft de sIKN gemeend zichzelf als internetprovider aan te moeten bieden. Schiet zij haar doel, het scheppen en instandhouden van de randvoorwaarden ten behoeve van het realiseren van de uitzending van kerkdiensten, hiermee niet voorbij? Lopen we niet het gevaar zo een nieuwe monopolist te krijgen: nu KPN, morgen de stichting IKN?

Ik denk dat deze ontwikkeling de zo gewenste marktwerking niet ten goede komt, getuige de twee door het Reformatorisch Dagblad als duurder aangemerkte ’concurrenten’ thuiskerken.nl en Astent, die het zonder de voor dit doel beschikbaar gestelde subsidie moeten stellen. De praktijk heeft geleerd dat degene die het meeste geld heeft, niet altijd het beste product levert.

Advies
Ik zou daarom het volgende tegen de sIKN willen zeggen:

  1. Schep zo snel mogelijk duidelijkheid over de kabeloplossing. Laat de discussie rond de kabel niet voortduren, maar kom zo snel mogelijk met een gezamenlijke verklaring van de kabelmaatschappijen over de (on-) mogelijkheden van kerktelefoon op de kabel, al dan niet gebruikmakend van internet over de kabel.

  2. Kerktelefoon via de ether: via een radiokanaal of met WLAN? Uit de gepresenteerde informatie is onvoldoende duidelijk geworden waarom de Betuwe-oplossing (kerktelefoon met behulp van draadloze internetradio) niet breed ingezet kan worden. Hoe verhouden de kosten van deze oplossing zich tot de kosten van een radiokanaal?

  3. Richt u op kerktelefoon via internet. De stichting IKD vindt dat kerktelefoon gebruikmakend van internettechnieken -via de kabel, de ether of de telefoonlijn-, de meest aantrekkelijke oplossing is, voor vrijwel iedereen. Laten we daarom met z’n allen hier als eerste aan werken, zodat als de producten klaar zijn de kerken duidelijkheid hebben over welke producten ze kunnen aanschaffen. De andere technieken vullen kleine niches, die veel tijd kosten, veel verwarring scheppen en slechts weinig kerken verder helpen.

  4. Werk samen met alle leveranciers van luisterkastjes. De stichting IKD is van mening dat het voor de markt van belang is dat alle bedrijven die luisterkastjes op de markt willen brengen gelijke kansen krijgen. Dus niet alleen de bedrijven die een stimuleringsbijdrage gekregen hebben. Het is van belang dat de sIKN hiervoor op de kortst mogelijke termijn de specificaties en faciliteiten beschikbaar stelt.

  5. Bezin u op uw rol als internetprovider. De argumenten zijn hierboven genoemd.

Kerken
Aan de kerken zou ik het volgende advies willen geven:

  1. Kies voor een oplossing die continuïteit biedt. Een oplossing die garandeert dat als de internetprovider ermee stopt, u met uw huidige apparatuur over kunt stappen naar een andere internetprovider. En een oplossing die garandeert dat als de leverancier van uw luisterkastjes ermee stopt, u van een andere leverancier kastjes kunt betrekken.

  2. Zorg dat u een product koopt waarvan u weet dat het goed werkt en dat het binnen een redelijke termijn (enkele maanden) leverbaar is.

De auteur is verbonden aan de Stichting Internet Kerkdiensten (SIKD).

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer