Lee liet in een televisietoespraak van zeven minuten tot het volk weten dat hij zich er verantwoordelijk voor voelt dat zijn land niet in staat is gebleken de Zuid-Koreaanse burgers te beschermen tegen de Noord-Koreaanse agressie. De Zuid-Koreaanse president verwees naar een Noord-Koreaanse aanval met granaten dinsdag op een Zuid-Koreaans eiland. Vier Zuid-Koreanen, twee militairen en twee burgers, kwamen toen om het leven.

„Militaire aanvallen op burgers zijn een onmenselijke misdaad, die strikt verboden is in oorlogstijd. Ik kan niet anders dan mijn verontwaardiging uiten over de meedogenloosheid van het Noord-Koreaanse regime”, zei de president. Lee verwees niet naar de pogingen van China, de belangrijkste bondgenoot van Noord-Korea, om langs diplomatieke weg een einde aan de crisis tussen de beide Korea’s te maken.

Noord-Korea zei geprovoceerd te zijn door Zuid-Koreaanse legeroefeningen op zee. Zondag begon een gezamenlijke vierdaagse oefening van de Verenigde Staten en Zuid-Korea in de Gele Zee. Noord-Korea heeft gewaarschuwd dat het militaire aanvallen uitvoert, als de marines van beide landen de territoriale wateren van het communistische land schenden.

Uit een onderzoek onder duizend Zuid-Koreanen bleek dat 80 procent van de ondervraagden vindt dat de Zuid-Koreaanse strijdkrachten krachtiger hadden moeten reageren op de aanval van dinsdag. Ruim 40 procent is bij een nieuwe provocatie van de zijde van Pyongyang voor een aangepaste militaire reactie zonder dat er het gevaar bestaat dat Noord- en Zuid-Korea in een oorlog verwikkeld raken. Een derde van de ondervraagden wil wel het risico van een oorlog nemen. De houding van China, dat de aanval niet heeft veroordeeld, wordt door vrijwel iedereen afgekeurd.