Opinie

Turk kan veel leren van tolerante voorgeslacht

De huidige Turkse ‘sultans’ kunnen veel leren van hun voorvaderen, stelt Anthony van der Wulp in een reactie op het artikel van Abdul Haq Compier (RD van woensdag).

5 November 2010 10:10Gewijzigd op 14 November 2020 12:24
Tolerantie is in het huidige Turkije ver te zoeken. Foto EPA
Tolerantie is in het huidige Turkije ver te zoeken. Foto EPA

Het is goed om van de geschiedenis te leren. Woensdag vroeg Abdul Haq Compier op deze pagina aandacht voor de onderbelichte rol van de Turkse sultans tijdens de Nederlandse Opstand in de zestiende eeuw. Willem van Oranje en zijn geuzen sloten met Turkse sultans een gelegenheidscoalitie tegen Spanje. Ondanks het verschil in religie gedoogden deze partners elkaar in hun gemeenschappelijke strijd tegen de rooms-katholieke Spanjolen. Daar kunnen we de Turkse sultans meer dan dankbaar voor zijn.

Compier schrijft dat Willem van Oranje vooral geïnteresseerd was in de vrijheid van godsdienst in het toenmalige Ottomaanse Rijk. De Turkse sultans tolereerden in de zestiende eeuw verschillende godsdiensten. Deze tolerantie is vervolgens geïntroduceerd in de Lage Landen, stelt de schrijver.

Hij poneert de stelling dat „veel meer dan bijvoorbeeld Zweden de Turkse natie aan de wieg heeft gestaan van de (…) tolerante Nederlandse cultuur.” Het is deze opmerking die het artikel in een vreemd daglicht plaatst. Waar kennen we deze vergelijking met Zweden van? Het lijkt erop dat Compier refereert aan de paspoortendiscussie rond staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner.

Tolerantie is niet meer dan het tonen van verdraagzaamheid voor afwijkende opvattingen. Nederland kan op dit punt zeker leren van de opstelling van het Ottomaanse Rijk. Daar moeten we echter heel wat eeuwen voor terug.

In het hedendaagse Turkije is er helaas niet zo veel meer van die tolerantie over. Turkije prijkt al jaren op de Open Doors’ ranglijst van landen waar christenen vervolgd worden. In het door Compier geciteerde Geuzenlied staan de treffende regels „Al is den Turk gheen Christen genaemt/ Hij en heeft niemant om tgeloove gebrant.” Dat staat in schril contrast met de tegenwerking die Turkse christenen nu soms ondervinden. Niet erg tolerant, lijkt me.

In het artikel verwijst de schrijver ook naar het oliemannetje van de coalitie, de Joodse bankier Joseph Nasi. Deze Nasi zou, als goede vriend van Willem van Oranje, al in het jaar 1566 de contacten tussen beide groepen hebben geïnitieerd en gestimuleerd. In 2010 is er niet veel merkbaar van een goede verhouding tussen het Joodse volk en de Turkse natie. Of moet ik het sturen van een (onder meer Turkse) invasievloot naar Gaza zien als een daad van tolerantie?

Een ander voorbeeld. De Turkse minister voor Turken in het buitenland, Faruk Çelik, zei twee weken geleden in Eindhoven dat Turken bij de participatie in de samenleving hun Turkse identiteit moeten behouden. Dat is een wel erg eenzijdige tolerantie. En wat te denken van de veelbesproken dienstplicht voor Turkse mannen in het buitenland? Toen minister-president Rutte in het debat over de regeringsverklaring terecht onderscheid maakte tussen landen die hun onderdanen in het buitenland proberen te beïnvloeden (Turkije) en landen die dat niet doen (Zweden), blies dezelfde heer Çelik direct hoog van de spreekwoordelijke minaret: „Ik zie niet in hoe een dergelijke discriminerende opmerking bijdraagt aan de integratie van buitenlanders in Nederland.”

Het hele artikel van Compier is dus niet meer dan een doorzichtige poging om aan te tonen dat Turken best een dubbel paspoort mogen hebben. Turkije stond toch aan de bakermat van de befaamde Nederlandse tolerantie. Wat de schrijver gemakshalve vergeet, is dat er tussen 1566 en 2010 een diepe kloof van vierenhalve eeuw gaapt. Gezien de bovenstaande voorbeelden is in deze 444 jaren de tolerantie uit Turkije verdwenen. De vergelijking gaat dus niet op.

Wat wil Compier concreet bereiken met deze verwijzing naar het verleden? Zoekt hij soms steun voor de strijd voor meer tolerantie in het huidige Turkije? In dat geval kan ik hem meteen mijn steun toezeggen. Turkije kan immers wel wat tolerantie gebruiken.

Van de geschiedenis kunnen we leren. Misschien is het goed om onze ideeën over tolerantie eens in Ankara te presenteren. Wellicht herinneren de moderne Turkse ‘sultans’ zich dan de lessen van hun verre voorvaderen.

De auteur is bestuurslid Internationaal van SGP-jongeren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer