De 27 EU-leiders praten daar over strengere sancties voor lidstaten die een potje maken van hun begrotingsbeleid. Het gaat onder meer om hoge boetes voor eurolanden die de regels aan hun laars lappen. Duitsland en Frankrijk willen dat deze landen bovendien het stemrecht bij EU-beraad tijdelijk ontnomen kan worden.

Barroso vindt die strafmaatregel te ver gaan. Volgens hem is het Frans-Duitse plan ook niet realistisch. Hij denkt niet dat alle EU-landen zich erachter zullen scharen. Dat zou wel nodig zijn, want om het stemrecht van lidstaten te kunnen opschorten is een wijziging van het EU-verdrag nodig.

Duitsland en Frankrijk willen ook het tijdelijk noodfonds van 440 miljard euro, dat dient om de Europese eenheidsmunt stabiel te kunnen houden, een permanent karakter geven. Ook daarvoor is een wijziging van het EU-verdrag nodig. Het huidige noodfonds is eigenlijk in strijd met het verdrag.

Met dit plan heeft Barroso minder moeite, al wil hij geen overhaast besluit. Eerst moet duidelijk worden hoe dat permanente noodfonds eruit gaat zien.

Veel EU-landen staan bepaald niet te springen om een aanpassing van het EU-verdrag. De verdragswijziging moet in alle landen apart goedgekeurd worden, in sommige lidstaten mogelijk via referenda. Daarmee kost veel tijd.