Jongere wars van hiërarchie
DIEMEN – Jongeren van nu zijn zelfverzekerder dan ooit. Zij voelen zich bijzonder en denken vaker dan ouderen dat zij leidinggevende capaciteiten bezitten. Toch dreigt een grote groep de aansluiting met de arbeidsmarkt te missen.
Dit blijkt uit vandaag gepubliceerde resultaten van een onderzoek naar de vraag hoe jongeren onder de 25 jaar aankijken tegen werk. Het is uitgevoerd door het bureau Motivaction, in opdracht van uitzendorganisatie Manpower. Het rapport draagt als titel: ”De grenzeloze generatie op de arbeidsmarkt”.
Als gevolg van de vergrijzing zal er in de toekomst sprake zijn van een krappe arbeidsmarkt en wordt de inzetbaarheid van jongeren steeds belangrijker. Om hen te bereiken, moeten werkgevers de manier van werven aanpassen. Een benadering via netwerken als sociale media zal vaak effectiever zijn dan de traditionele personeelsadvertentie. Maar nog belangrijker is dat deze generatie om een andere stijl van leidinggeven vraagt, zo luidt een van de conclusies.
Jongeren willen vooral een leuke baan waarin zij in korte tijd veel kunnen leren en waarin zij leuke collega’s ontmoeten. Dat is belangrijker dan goede carrièreperspectieven. Zij zijn wars van bureaucratie en hiërarchie.
„De hiërarchische organisatie heeft haar langste tijd gehad”, meent Haiko van der Pol, directeur marketing en communicatie van Manpower. Jongeren willen vrijheid en zelfstandigheid. Zij aanvaarden sturing eerder van iemand die kan bogen op ervaring en natuurlijk gezag dan van iemand die zich op zijn leidinggevende functie beroept.
Onderwijs, zorg en overheidsinstellingen krijgen door de vergrijzing waarschijnlijk meer dan andere beroepstakken te maken met krapte. Jongeren kiezen eerder voor beroepen waarin zij zich kunnen laten zien, zoals verkoop of public relations, dan voor dienstbare beroepen.
„Om jongeren te trekken, zullen onderwijs en zorg moeten uitdragen dat zij leuk werk met leuke collega’s bieden”, aldus Martijn Lampert van Motivaction. Of, zoals het Slotervaartziekenhuis in Amsterdam al heeft gedaan, zorgen voor een platte organisatie met korte lijnen. Dat spreekt jongeren aan.
Ondertussen tekent zich een tweedeling onder de jongeren af. Bijna de helft (43 procent) behoort tot de „zelfredzamen.” Zij zijn goed opgeleid, onbevangen en weten hun weg in de maatschappij te vinden.
Van de ondervraagden heeft 39 procent echter meer moeite. Zij zijn de „structuurzoekers”, die duidelijk moeten weten wat zij moeten doen. Zij gedijen bij persoonlijke aandacht. Leerwerktrajecten, bedrijfsscholen of een vorm van mentorschap kunnen hen op weg helpen. Een kwetsbare minderheid onder deze groep dreigt af te glijden naar een onzeker bestaan. Zelfs bij krapte zullen zij moeilijk een baan vinden.
