Opinie

Ook cluster 4-leerling kan succesvol zijn op school

Hoewel er makkelijk een ander beeld kan ontstaan, kunnen cluster 4-leerlingen zich uitstekend thuis voelen op school en succesvol zijn in hun schoolloopbaan, schrijven drs. F. A. van Hartingsveldt en J. Kloosterman.

22 October 2010 20:51Gewijzigd op 14 November 2020 12:15

In het RD van 6 oktober werden in de rubriek Focus enkele onderzoeken besproken die direct of indirect verbonden zijn met het rendement van cluster 4-onderwijs. De boodschap van het artikel was dat een aanzienlijk deel van de cluster 4-leerlingen zich minder veilig voelt op school en minder succesvol is in zijn vervolgopleiding of baan. Het artikel zou er bij lezers zomaar voor kunnen zorgen dat cluster 4-onderwijs als een ongeschikt type onderwijs voor leerlingen beschouwd wordt.

De praktijk is echter minder eenzijdig en laat zien dat cluster 4-leerlingen zich uitstekend thuis kunnen voelen op school en succesvol kunnen zijn in hun schoolloopbaan en in het vervolgonderwijs. Natuurlijk liggen er risico’s voor deze jongeren, maar het reformatorisch voortgezet onderwijs heeft de uitdagende taak op zich genomen om hun een fijne schoolloopbaan te bezorgen en een goed ontwikkelperspectief te geven in het vervolgonderwijs of op het werk.

Op 1 augustus ging het ”experiment passend onderwijs” in het reformatorisch onderwijs van start. Een experiment geeft de deelnemers de mogelijkheid om buiten de bestaande wettelijke kaders te komen tot nieuwe vormen van passend onderwijs, die ook voor andere scholen in Nederland een aantoonbare meerwaarde kunnen hebben. Variaties op bestaande onderwijsvormen en een betere afstemming tussen zorg en onderwijs kunnen hiermee beter vorm worden gegeven.

Een van de speerpunten in het experiment is om in de regio’s Zeeland, Rotterdam, Ede en Zwolle/Apeldoorn cluster 4-onderwijs aan te bieden. Op de Jacobus Fruytier scholengemeenschap wordt deze vorm van onderwijs al vier jaar aangeboden. In juni ging de eerste groep cluster 4-leerlingen na het eindexamen onze school. Alle acht leerlingen verlieten gediplomeerd, met mooie resultaten en een goed vervolgperspectief het voortgezet speciaal onderwijs. Na de zegen van de Heere zijn een integrale benadering, de juiste begeleiding en een goede integratie van de leerling hier bouwstenen voor geweest.

Elke leerling is uniek geschapen. Dat geldt dus ook voor cluster 4-leerlingen. Het zijn leerlingen die hun eigen gaven en talenten hebben gekregen. Dat maakt dat ze principieel niet anders benaderd mogen en moeten worden dan leerlingen buiten het speciaal onderwijs. Ook al hebben ze een heel eigen profiel met mogelijkheden, ontwikkelpunten en onmogelijkheden. Het is van wezenlijk belang om deze leerlingen te accepteren in hun eigenheid.

Dat betekent ook dat hun eigen profiel, juist omdat zij buiten het door ons als regulier gedefinieerde onderwijs vallen, een eigen (ontwikkellings)behoefte kent. Dat vraagt om een andere en vaak ook aangepaste nabijheid van de opvoeder(s). Dit vraagt binnen school om veel opmerkzaamheid, flexibiliteit, kennis, vaardigheden, geduld en liefde van het personeel.

Die integrale benadering heeft consequenties voor de begeleiding en vorming die een school zijn leerlingen meegeeft. Dat is nog sterker het geval als er intensievere en ingewikkeldere hulpvragen zijn, zoals dat bij cluster 4-leerlingen het geval is. Dit vraagt om maatwerk op het gebied van onderwijs en begeleiding.

Om cluster 4-leerlingen niet te hospitaliseren maar hen sterker te maken en voor te bereiden op deelname aan de samenleving, werken we nadrukkelijk aan integratie binnen het onderwijs. Als het eerste leerjaar goed, stabiliserend en met een positieve ontwikkeling verlopen is, krijgen de leerlingen een deel van hun lessen in het reguliere onderwijs. Indien mogelijk breiden we dit in de bovenbouw verder uit.

Cluster 4-leerlingen hebben het nodig om perspectief geboden te krijgen. In een persoonlijk plan dat elke leerling heeft, wordt hier in de dagelijkse schoolpraktijk inhoud aan gegeven. Naast de hoop die spreekt uit een op ontwikkeling gerichte leef- en leeromgeving mogen en moeten opvoeders die Bijbelse hoop vertellen en voorleven. Tegelijkertijd zijn ook deze leerlingen schepselen die verloren liggen, terwijl ze tot eer van hun Schepper behoren te leven en horen te woekeren met hun talenten. Daarom hebben zij net als ieder ander genade nodig om te kunnen leven en sterven. De ‘onderwijspsalm’, Psalm 78, spreekt over hoop, een Bijbels perspectief: hoop op God. Opvoeders worden opgeroepen over de inhoud en waarde van die Bijbelse hoop te vertellen en die voor te leven. Ook voor cluster 4-leerlingen. Dat is de verantwoordelijkheid en tegelijkertijd de bestaansgrond van reformatorisch speciaal onderwijs.

De auteurs zijn werkzaam op de Jacobus Fruytier scholengemeenschap.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer