Toch D66
Het is geen verrassing dat CDA en VVD in de lopende kabinetsformatie voor D66 hebben gekozen, in plaats dat hun keuze uitgaat naar ChristenUnie en SGP. Bij de VVD was deze voorkeur van meet af aan duidelijk. Voor het CDA lag dat anders, maar men kon er wel van uitgaan dat die partij hier geen breekpunt van zou maken.Weliswaar is de relatie tussen CDA en D66 altijd slecht geweest. Bij een kabinetsformatie maak je het jezelf echter alleen maar moeilijk wanneer je alle oude vetes gaat oprakelen. Je moet er wat voor over hebben om premier te blijven.
Bij D66 is de animo om toe te treden tot een confessioneel-liberale coalitie ook niet overweldigend. Voor de verkiezingen hield men de deur op een kier, maar daarna wilde men een tijdlang helemaal niet weten van zo’n combinatie. Pas na het stuklopen van de formatie tussen CDA en PvdA kwam D66 weer in beeld om liberalen en christen-democraten aan een meerderheid te helpen.
Tegelijkertijd werden ook onderhandelingen gevoerd met ChristenUnie en SGP. Rouvoet en Van der Vlies werden serieus bij de formatie betrokken. Zoiets had Nederland nog nooit meegemaakt.
Vanaf het begin moet hen echter de vrees bekropen hebben of het toch niet zo was dat zij door CDA en VVD vooral gezien werden als een nuttig instrument om D66 in toom te houden. Dittrich werd er nu voortdurend aan herinnerd dat er voor hem een alternatief bestond.
Op een gegeven moment moest echter de knoop worden doorgehakt en werden ChristenUnie en SGP aan de kant geschoven. Zeker gezien ook de ongelukkige wijze waarop Balkenende dinsdag manoeuvreerde, hebben Rouvoet en Van der Vlies reden om zich gebelgd te tonen over de hele gang van zaken.
Overigens was het maar de vraag of men echt tot overeenstemming had kunnen komen over regeringsprogram en zetelverdeling wanneer de onderhandelingen met SGP en ChristenUnie waren doorgezet. De VVD zou volstrekt de indruk willen vermijden dat zij onder het juk van de SGP en ChristenUnie was doorgegaan. Omgekeerd moesten beide partijen toch met een aantal substantiële resultaten thuiskomen. Je gaat nu eenmaal niet voor de aardigheid in een kabinet zitten. Dan wil je ook invloed uitoefenen. Dan moet je ook verantwoordelijkheid voor het beleid kunnen dragen.
Voor de ChristenUnie was er ook nog het probleem dat zij nogal kritisch gereageerd had op het strategisch akkoord dat aan het eerste kabinet-Balkenende ten grondslag lag. Ter wille van de eigen geloofwaardigheid kon men die kritiek niet zomaar onder tafel schuiven. Volgens de liberale minister Hoogervorst was de ChristenUnie zo links als de neten. Dat is zwaar overdreven, maar er was in ieder geval een aantal meningsverschillen te overbruggen.
De afkeer van de SGP zat bij de VVD echter nog veel dieper. Het antiklerikale karakter van de partij botst nu eenmaal fundamenteel met de gereformeerde beginselen waar de SGP zich door wil laten leiden. Maar ook voor de modale CDA’er geldt dat er een wereld van verschil bestaat tussen hem en de zware broeders van de SGP.
Hoewel het wel vaker voor gekomen is dat een kabinetsformatie in het zicht van de haven strandde, moeten we nu toch rekenen op een tweede kabinet-Balkenende, dat steunt op CDA, VVD en D66. Vergeleken met paars is dat altijd nog een verbetering. Het CDA heeft immers de plaats van de socialisten ingenomen.
Vergeleken met Balkenende I is de onberekenbare LPF vervangen door D66. Voor de stabiliteit van het kabinet is dat wel een vooruitgang, maar inhoudelijk zal dat niet het geval zijn. Zodra het nieuwe regeerakkoord bekend is, weten we echter meer.