In 2008 brandde het gebouw van de faculteit Bouwkunde van de TU af. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) stelde een bedrag van 25 miljoen euro beschikbaar om nieuwbouw mogelijk te maken. De bestuurders van de TU zagen echter af van nieuwbouw omdat, na aanpassingen, een ander bestaand gebouw ook geschikt bleek.

Het ministerie vindt dat het geld alleen bestemd mag worden voor nieuwbouw. Nu daarvan geen sprake is, wordt het bedrag teruggevorderd, staat in de begroting.

De TU Delft legt zich niet neer bij die beslissing, liet bestuursvoorzitter Dirk Jan van den Berg weten. De universiteit meent dat zij juist zeer doelmatig is omgesprongen met overheidsgeld door de faculteit Bouwkunde in een bestaand pand onder te brengen en geen heel nieuw gebouw neer te zetten.

Volgens Van den Berg heeft de brand de TU 170 miljoen euro gekost, waarvan de verzekering ongeveer 118 miljoen euro heeft vergoed. „Met de 25 miljoen euro zou OCW ongeveer de helft van de tegenslag opvangen. Dat is een redelijke bijdrage in het licht van de opmerking van de minister dat de brand de grootste ramp in de Nederlandse universitaire geschiedenis is”, aldus Van den Berg. Hij verwijst daarmee naar een uitspraak van toenmalig onderwijsminister Ronald Plasterk.