Dat blijkt uit een maandag verschenen onlinepublicatie in The Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS) van onderzoekers van de National Institutes of Health, the Food and Drug Administration en Harvard Medical School.

De wetenschappers vonden in bloedcellen van 32 van 37 CVS-patiënten genetisch materiaal van XMRV. In cellen van gezonde controlepersonen was dit slechts in 3 van 44 bloedmonsters het geval. Het gaat daarbij overigens niet om één type van het virus, maar om een groep verwante virussen.

De bloedmonsters waren vijftien jaar geleden verzameld door Anthony Komaroff, onderzoeker aan Harvard Medical School.

De uitkomsten van het nieuwe onderzoek bevestigen de resultaten van een studie die eind vorig jaar in het tijdschrift Science verscheen. Britse en Nederlandse onderzoekers konden de uitkomsten van de Science­studie in nieuwe onderzoeken niet bevestigen. Ook Amerikaanse onderzoekers van het Centre for Disease Control konden het virus in juli niet aantonen.

Publicatie van de nu gepresenteerde studie in PNAS werd daarom door de onderzoekers en de redactie van PNAS aanvankelijk opgeschort om de uitkomsten nogmaals tegen het licht te houden.

Patiëntenorganisaties in de VS vreesden dat de resultaten nooit meer zou worden gepubliceerd en sloegen alarm. Hun vrees werd ingegeven door het feit dat medici in zowel de VS als Europa –onder meer in het UMC St Radboud in Nijmegen– van mening zijn dat CVS vooral een psychische oorzaak heeft.

XMRV behoort, evenals hiv, tot de groep van retrovirussen. Dr. Judy Mikovits, hoofdonderzoeker van de vorig jaar in Science gepubliceerde studie, wil daarom eind dit jaar beginnen met onderzoek naar het mogelijke effect van antivirale medicijnen die ook worden gebruikt tegen hiv. De hoofdonderzoeker van de PNAS-studie, dr. Harvey Alter, wijst er in The New York Times echter op dat nog helemaal niet is bewezen dat XMRV de oorzaak is van CVS. „Het kan ook zijn dat de infectie het gevolg is van een falend afweersysteem.”

www.voedingenpsyche.nl