Opinie

Commentaar: Gereformeerde gezindte verlegen met zichzelf

Elk mens kijkt iedere dag wel een keer in de spiegel. Het gaat te ver te zeggen dat de gereformeerde gezindte dat ook zo vaak doet, maar enige regelmaat zit er zeker in. Deze week staat het thema ”toekomst van de refozuil” weer stevig op de kaart door kritische bespiegelingen erover van ds. W. Visscher, predikant in Amersfoort.

20 August 2010 11:17Gewijzigd op 14 November 2020 11:31

De door hem terecht geuite zorg over materialisme, interne uitholling en verdeeldheid klinkt de gereformeerde gezindte inmiddels als bekende muziek in de oren. Diverse opinieleiders in de achterban van deze krant hameren al jaren op dit aambeeld. Toch verandert er weinig.

Raakt het reformatorisch volksdeel gewend aan de spiegel die een aantal fundamentele gebreken laat zien? Sterker nog: is het zo langzamerhand tot de refocultuur gaan behoren om op deze manier over de toekomst van de eigen zuil te spreken? Het onderwerp komt dezer dagen ook vast weer op veel plaatsen ter sprake bij de jaaropeningsbijeenkomsten van de reformatorische scholen. Maar wat baten al deze goedbedoelde analyses?

Ze laten één ding pijnlijk duidelijk zien: de gereformeerde gezindte is verlegen met zichzelf. Breken met het diep gewortelde materialisme lijkt een onmogelijke opgave, evenals het scheiden van hoofd- en bijzaken. Het tegenovergestelde gebeurt. Het rijtje schibbolets (kleding bijvoorbeeld) wordt alleen maar langer, terwijl fundamentele, Bijbelse principes (neem matigheid) het moeten afleggen tegen de met een refosausje overgoten cultuur van geld, goed en genot.

Negatief? Eerder realistisch. Wie geen vreemde is in Jeruzalem zal weinig behoefte hebben het beeld van de reformatorische gezindte rooskleuriger voor te stellen. En wie veranderingen bepleit, doet er wijs aan het niet van ”de gezindte” te verwachten. Die is innerlijk te verdeeld en te verzwakt. In die zin hebben orthodoxe christenen de door hen betreurde afbrokkeling van de zuil voor een deel aan zichzelf te wijten.

Het lijkt verstandiger de hervormingsfocus te richten op het individu. Iemand als prof. Van der Duyn Schouten, die jarenlang rector magnificus van een grotendeels seculiere universiteit was, wees eerder in deze krant op het belang van het persoonlijk getuigenis van christenen. In woord en daad.

Daarvoor dienen christenen gevoed te worden door de Bijbel en de uitleg daarvan in de prediking. Op zondag twee keer naar de kerk om de geestelijke accu op te laden. Dan is het wel belangrijk welke ”stroom” er geleverd wordt. Meer dan ooit moet het de vraag voor predikanten zijn of hun preken landen bij de hoorders.

Elementen die in de prediking nadrukkelijker de aandacht lijken te vragen, zijn het Godsbesef en het eeuwigheidsperspectief. Een preek die niet veel verder komt dan een verzameling bekende stichtelijkheden zal de hoorders op zondag het gevoel geven dat de waarheid weer goed gezegd is, maar dat ze het de rest van de week wel zonder God kunnen.

Van de Schotse prediker McCheyne, dichter van het ”Wachtwoord der hervormers”, is bekend dat hij sprak als stervende tot de stervenden. Misschien moeten reformatorische christenen in deze tijd meer zo gaan leven.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer