Ramp Pakistan treft meer mensen dan gedacht
ISLAMABAD/NEW YORK (ANP) – Door de overstromingen en aardverschuivingen in Pakistan zijn zeker 4,6 miljoen mensen dakloos geworden. Dat hebben de Verenigde Naties donderdag bekendgemaakt. Eerder schatte de organisatie het aantal daklozen nog op twee miljoen. Het aantal mensen dat humanitaire hulp nodig heeft, werd bijgesteld van zes miljoen naar acht miljoen.
Vooral voor kinderen is het gebrek aan onderdak een gevaar, aldus een VN-woordvoerder. Ze lopen een groter risico ontvoerd en verhandeld te worden. Kinderhandel was in Pakistan al een groot probleem voor de ramp.
De overstromingen, die drie weken geleden begonnen, zijn de ergste watersnood in de geschiedenis van Pakistan. Een gebied zo groot als Italië staat onder water en ongeveer 1600 mensen zijn om het leven gekomen. De overlevenden worden bedreigd door besmettelijke en dodelijke ziektes als cholera. In totaal zouden ongeveer twintig miljoen Pakistanen in meer of mindere mate zijn getroffen. Van de miljoenen mensen die voedsel en schoon water nodig hebben, heeft maar een kleine minderheid hulp ontvangen.
De hulp aan het rampgebied krijgt langzaam gestalte. De Algemene Vergadering van de VN kwam donderdag bijeen om de levering van hulpgoederen te versnellen. Op de bijeenkomst zegden de Verenigde Staten nog eens 60 miljoen dollar (47 miljoen euro) toe voor noodhulp. Daarmee komt het totale Amerikaanse hulpbedrag op 150 miljoen dollar. Groot-Brittannië liet weten het bedrag voor Pakistan te verdubbelen tot 64 miljoen pond (ongeveer 78 miljoen euro).
De VN riepen vorige week op 360 miljoen euro te geven voor Pakistan. Daarvan is ongeveer de helft binnengekomen. Voorafgaand aan de VN-bijeenkomst in New York zei de Pakistaanse minister van Buitenlandse Zaken Shah Mehmood Qureshi dat zijn land „nu internationale hulp nodig heeft”.
Twee belangrijke hulporganisaties in het rampgebied, het VN-kinderfonds Unicef en het Rode Kruis, hebben donderdag gevraagd om meer geld. Unicef vraagt om 141 miljoen dollar voor noodhulp, in plaats van de 47 miljoen euro waar het fonds eerder om vroeg. Het Rode Kruis zei eerder nog met 12 miljoen euro toe te kunnen, maar blijkt nu 53 miljoen euro nodig te hebben.
De Talibanbeweging kan de overstromingen in Pakistan gebruiken om aanhangers te werven. Daarvoor heeft de Amerikaanse senator en oud-presidentskandidaat John Kerry donderdag gewaarschuwd tijdens een bezoek aan het rampgebied.
De bewoners van de getroffen regio’s zijn volgens Kerry gefrustreerd. „We moeten daar snel iets aan doen om te voorkomen dat hun ongeduld aan de kook raakt en mensen dat ongeduld misbruiken”, zei de Democraat, die daarmee doelde op de radicaalislamitische Talibanrebellen.
Een van de getroffen gebieden in Pakistan is de Swatvallei, bij de grens met Afghanistan. In het gebied heeft de Pakistaanse regering haast niets te zeggen. Het Amerikaanse leger biedt er hulp, onder meer door mensen met helikopters te evacueren. De geëvacueerde Pakistanen worden grondig gefouilleerd op wapens en explosieven, om aanslagen te voorkomen.