Dat verklaarde de minister voor Commercie en Industrie van Oman, Maqbool Ali Sultan, dinsdag in Rotterdam. Het havenbedrijf en Oman hebben een joint venture gesloten voor de ontwikkeling van de haven. Het Sohar Industrial Port Company-procjet staat onder leiding van de Rotterdammer B. Kruk. Oman telt momenteel twee havens.

Sohar zou vooral een industriële haven moeten worden, met raffinaderijen, aluminiumsmelterijen en chemische industrie. Oman wil graag minder afhankelijk worden van de olie-industrie. De inkomsten van de oliestaat bestaan momenteel voor 75 procent uit olie.

De haven krijgt inmiddels langzaam vorm. Voor de kust van Oman liggen twee golfbrekers van elk 6 kilometer lengte. De havenmond is uitgebaggerd op een diepte van 16,5 meter, terwijl de eerste contracten met bedrijven zijn getekend.

In de vooral agrarischgeoriënteerde regio van Sohor is in eerste instantie 2000 hectare ingeruimd voor industriële bedrijven. De havenregio kan verder nog eens beschikken over 10.000 vierkante meter.

Minister Sultan brengt momenteel een bezoek aan Nederland. De haven van Sohar moet bestuurlijk gezien een kopie van de haven van Rotterdam worden, aldus Sultan. „Hoe kunnen wij een mini-Rotterdam krijgen in Sohar? Met die vraag zijn we hiernaartoe gekomen.” Het havenbedrijf investeert vooral kennis en mankracht in het ontwikkelingsproject.

De invloed van de oorlog in Irak op de havenontwikkeling is beperkt, volgens de minister. „Het conflict raakt ons nauwelijks. Het is meer psychologisch. Amsterdam is 700 kilometer bij Belfast vandaan. Oman is 1800 kilometer verwijderd van Bagdad.” Volgens hem heeft de oorlog grote gevolgen voor de olieprijs. „Een lage olieprijs heeft voor iedereen gevolgen.”

Rotterdam is in de nieuwe haven gestapt vanwege de trend dat producten steeds dichter bij de bron worden gemaakt. Werk je aan de ontwikkeling van een industriële haven mee, dan heb je in ieder geval een grotere kans dat de halfproducten nog steeds naar Rotterdam komen, aldus het havenbedrijf.