Leerlingen basisschool maken leeskilometers
Albert, Germa en Gerlinda zijn sterk vooruitgegaan met lezen. Dankzij de kans- of schakelklas. Dertien leerlingen van de Rehobothschool in Kootwijkerbroek kregen vorige maand op het Barneveldse gemeentehuis een diploma van onderwijswethouder De Kruijf (SGP).
De reformatorische Rehobothschool had het afgelopen schooljaar voor de tweede keer een kans- of schakelklas. Deze is bedoeld om leerlingen met niet meer dan één jaar achterstand op het gebied van taal een stevige duw in de goede richting te geven.
De reden dat juist de Rehobothschool meedoet, is dat deze grote school met zijn 520 leerlingen voldoende (12 à 15) kinderen met een taalachterstand heeft om een aparte kansklas taal te vormen. Ook heeft bijna de helft van alle ouders als eindniveau vmbo of lager, waardoor hun kinderen zwaarder meewegen in de telling voor de rijksbijdrage, namelijk voor 1,3 leerling.
Directeur W. A. Knapen van de Rehobothschool bestrijdt echter de suggestie dat het niveau van de ouders op zijn school onder het gemiddelde ligt. „Onze bevolking bestaat uit doeners, met het hoogste percentage inschrijvingen in de Kamer van Koophandel van alle dorpen in Nederland.”
Volgens Knapen gaat het goed met het taalniveau van de reformatorische Kootwijkerbroekers. „De uitleen van prentenboeken loopt prima. Ouders lezen thuis meer voor dan vroeger. Voor taal haalden wij een bovengemiddelde Cito-score, wat ons een compliment van de onderwijsinspecteur opleverde.” Verder wijst de directeur op het feit dat 90 procent van de peuters voordat zij naar de Rehobothschool gaan de voorschoolse opvang bezoekt. Daardoor neemt de taalvaardigheid van deze kinderen toe.
Ondanks een goed onderwijsaanbod lopen sommige kinderen in de kleuterklassen, maar vooral in groep 3 en 4 achterstand op in hun taalontwikkeling. Reden voor de Rehobothschool om mee te doen aan een project van de gemeente Barneveld met kansklassen, bestemd voor kinderen uit groep 5.
De deelnemende kinderen hadden bij het begin van het afgelopen schooljaar een niveau dat overeenkomt met dat van kinderen aan het begin of halverwege groep 4. De achterstand mag niet groter zijn dan één jaar en moet binnen één jaar kunnen worden weggewerkt, zegt teamleider J. A. van Hell van de Rehobothschool.
Hoe werkt de kansklas? Tijdens de acht uur die de drie reguliere groepen 5 van de school wekelijks aan taal en lezen besteden, gaan veertien leerlingen naar het aparte kansklaslokaaltje. Daar krijgen ze op drie niveaus lezen en taal onder begeleiding van een speciale leerkracht, een onderwijsassistente en een leesmoeder.
Er wordt veel aandacht besteed aan uitbreiding van de woordenschat, stelt Van Hell. „Op de woordmuur staat een centraal woord, bijvoorbeeld ”wonen”. Daaromheen worden woorden gehangen die daarmee te maken hebben, zoals huis of flat.”
Het onderwijs in de kansklas is aangepast aan het taalniveau van het kind. „Als een kind moeite heeft met bepaalde aspecten van spelling, bijvoorbeeld d’s en t’s, besteden we daar specifieke aandacht aan”, aldus Van Hell.
Stimulerend werkt dat kinderen vaker dan in de gewone klas worden beloond voor kleine of grote vorderingen, onder andere met complimenten, stickers en zogeheten AVI-diploma’s. „Er is in de kansklas ook meer tijd voor dit soort terugkoppeling en toetsing van de vooruitgang”, stelt Van Hell.
Het is volgens hem de bedoeling dat de motivatie van de leerlingen voor lezen en taal groeit. „Kinderen moeten op school en thuis veel lezen. Leeskilometers maken is het belangrijkst.”
Om dat doel thuis te verwezenlijken, moeten ouders de voorwaarden van deelname aan de kansklas ondertekenen. Dat houdt in dat ze samen met het kind lezen en oefenen en hun kind voorlezen. Ook verplichten zij zich om tijdens de ouderavonden niet alleen de groepsleerkracht, maar ook de leerkracht van de kansklas te spreken. Verder zijn er ochtenden waarop ouders hun belangstelling kunnen tonen. Heel belangrijk, vindt Van Hell. „Toon betrokkenheid bij wat je kind doet.”
Om die te vergroten, kunnen ouders het komende jaar ook tussendoor in de kansklas komen kijken. „De ouders tonen zich heel enthousiast”, constateert directeur Knapen.
De resultaten van de kansklassen mogen er zijn. Van Hell toont zijn rapportage over 2008/2009. Toen steeg het niveau van de minst goede lezers van AVI 4 en 5 naar AVI 6 en 7. Uiteraard verbeterden de resultaten van de onderdelen ”begrijpend lezen”, ”technisch lezen” en ”woordenschat” ook. Geen van de veertien kinderen haalde aan het eind van het schooljaar nog het –zwakste– E-niveau, de meesten stegen naar het –normale– C-niveau, of hoger.
Ook dit jaar is de proef geslaagd. Negen leerlingen zitten met lezen op het beoogde niveau: gelijk aan dat van hun klasgenoten van groep 5. „Een enkeling zit zelfs op het niveau van groep 6”, aldus Van Hell. „Deze stijging is veel groter dan we zonder de kansklas zouden hebben bereikt.”
Dat het succes van de kansklas dit jaar daalde van omgerekend 95 naar ruim 80 procent komt volgens hem door de aanwezigheid van enkele kinderen met dyslexie in de kansklas. „Dat doen we volgend jaar niet meer. Zij verdienen individuele begeleiding.” Ook komen er geen kinderen meer in de kansklas taal die tegelijkertijd in de in januari gestarte kansklas rekenen zitten. „Dat is te zwaar voor hen.”
Volgens directeur Knapen past de aanpak met kansklassen in het idee van passend onderwijs, waar de rijksoverheid naar streeft. „Wij proberen kinderen weer terug te krijgen op het gemiddelde niveau van de gehele klas. Met deze aparte aandacht, maar ook door het geven van remedial teaching in de klas, lukt dat. Wij willen dicht op het kind zitten en intensief samenwerken met de leerkracht.”
Kinderen die meedoen aan de kansklas krijgen een beter zelfbeeld. „Heel belangrijk”, vindt Van Hell. „Ze zitten niet in de zielige hoek en krijgen positieve aandacht.”
Albert, Germa en Gerlinda zeggen ondertussen erg te hebben genoten van de kansklas. Gerlinda: „Via een verhaaltje weet ik nu wat achterbaks betekent.” Albert is van AVI 3 naar AVI 6 gegaan, Gerlinda van 6 naar 8 en Germa van 7 naar 8. Gerlinda, wijzend naar Germa: „Zij was leeskampioen.”