Een jaar leraar

Ze wordt er door haar leerlingen regelmatig aan herinnerd dat ze beginnend docent is. Desiree van den Bosch (22) uit Zeist stoort zich er niet aan. „Ik word liever afgerekend op mijn prestaties dan op het feit dat ik amper een jaar voor de klas sta”, zegt Desiree stellig. „Mijn werk is niet perfect, maar ik vind dat ik het niet slecht doe.” Desiree is docente klassieke talen aan het Ichthus College te Veenendaal.

Corine Bruggink
26 June 2010 10:14Gewijzigd op 14 November 2020 11:01
Foto RD, Anton Dommerholt
Foto RD, Anton Dommerholt

Was het een droom om docent te worden?

„Niet bewust. Maar ik heb altijd iets met onderwijzen gehad. Ik gaf huiswerkbegeleiding, zondagsschool en catechisatie.”

Wat heb je met pubers?

„Ze zijn spontaan en geven graag ongevraagd hun mening. Hun eigen wil spreekt me aan. Het sociale gebeuren in de puberteit –vriendschappen, verliefdheden, msn’en enzovoorts– is herkenbaar.”

Wat waren je verwachtingen?

„Dat het in elk geval een zwaar jaar zou worden. Ik vroeg me af hoe ik mijn klassenmanagement op orde zou krijgen. En: hoe zou ik én overwicht kunnen krijgen én het leuk houden? Ik ging ervan uit dat het veel tijd zou kosten om deze zaken onder de knie te krijgen.”

En?

„Mijn verwachtingen klopten aardig. Het was een behoorlijk zwaar jaar en het kostte veel tijd, energie en inzet om alles goed te laten verlopen. Ik vond het best lastig om orde te houden en straf te geven.”

Grootste pluspunt?

„Je geeft in je eentje leiding aan 23 pubers en kunt wat dat betreft je eigen gang gaan. Ik vind het interessant om te leren hoe je interactie op de beste manier vorm kunt geven. En hoe je op een pakkende manier je stof kunt aanbieden. Het mooiste onderdeel van een lesdag vind ik de dagopening. „Hoe zal het er in de hemel uitzien?” vroeg een leerling laatst. Of: „Hoe zit dat met in tongen spreken?” Dat zijn mooie, zinnige momenten.”

Grootste minpunt?

„Het eerste jaar voor de klas kost ontzaglijk veel energie. De eerste tijd was ik na drie uur bekaf. En dan moest ik thuis mijn lessen weer voorbereiden. Het lesgeven en het voorbereiden vond ik een heftige combinatie. Inmiddels ben ik minder moe.”

Waar liggen je kwaliteiten?

„Het lukt me goed om lesstof individueel uit te leggen.”

Je bent een jonge docent. Is dat een nadeel?

„Ik ervaar wel dat ik er op aangekeken wordt. Dat zit niet zozeer in de leeftijd, maar in het feit dat het mijn eerste jaar is. Als er problemen zijn, schuiven met name ouders dat op beginnend docentschap. Leerlingen laten het ook wel eens doorschemeren; als ik ze terechtwijs, proberen ze me op andere gedachten te brengen of gaan ze míj corrigeren. Zo willen ze even laten voelen dat ik net begin. Een voordeel is dat ik me met volle energie op mijn baan kan storten. Ik moet veel leren, dus van sleur is geen sprake.”

Wat betekenen ervaren collega’s voor je?

„Veel. Met name door de feedback. Ze geven adviezen en het is ontspannend om met ze te kletsen.”

Welke blunder blijft je bij?

„Tijdens mijn eerste les was ik vreselijk zenuwachtig. Wat bleek? Ik had te weinig lesstof voorbereid en hield dus tijd over. Aan het einde van de laatste les was ik zo blij en opgelucht dat ik overmoedig vroeg: „En, vertel eens: wie is er nou vriendin met wie?” Er viel een stilte en de klas keek mij een beetje meewarig aan. Ik kreeg geen antwoord. Logisch, de vraag sloeg natuurlijk nergens op.”

Dit is deel drie in een serie over eerstejaarsdocenten. Volgende week deel vier.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer