Dat staat in de nieuwe beleidsvisie ”Vrijwilligersbeleid bij de sanctietoepassing”, die minister van Justitie Hirsch Ballin vanmiddag overhandigd heeft aan de voorzitters van de vier grootste vrijwilligersorganisaties in Nederland op dit terrein, waaronder Exodus Nederland.

Sinds eind 2009 is de overdracht van het justitiële traject naar maatschappelijke vervolgvoorzieningen niet meer de verantwoordelijkheid van het ministerie, maar van de burgerlijke gemeente. Vrijwilligersactiviteiten voor ex-gedetineerden die pas beginnen nadat zij hun straf hebben uitgezeten, worden in beginsel niet meer door Justitie gefinancierd, maar blijkens de nieuwe beleidsvisie kiest het ministerie er nu toch voor dit tot en met zes maanden na de vrijlating te blijven doen.

Het ministerie komt hiermee tegemoet aan de wens van vrijwilligersorganisaties die vrezen dat de overdracht van ex-gedetineerden aan de vervolgvoorzieningen stagneert wanneer Justitie de financiering abrupt beëindigt. In het overleg, voorafgaand aan de totstandkoming van de nieuwe beleidsvisie, benadrukten zij dat de kans op recidive hierdoor stijgt. Ook de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming wees op dat risico.

Uit de beleidsvisie blijkt verder dat Justitie heeft besloten het integriteitsbeleid rond vrijwilligers die werken onder gedetineerden fors aan te scherpen. Zo wordt een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) voor kandidaat-vrijwilligers verplicht.

Directeur R. Timmer van Exodus Nederland is vooral te spreken over de extra ruimte voor vrijwilligerswerk vanaf 2010, als gevangenissen vier extra uren aan het dagprogramma toevoegen ten behoeve van sociale vormingsactiviteiten. „Dankzij deze visie krijgt het vrijwilligerswerk onder ex-gedetineerden een volwaardige plek binnen het Justitiebeleid.”