EU vraagt Duisenberg langer aan te blijven
De ministers van Financiën van de EU-landen hebben Wim Duisenberg gevraagd langer aan te blijven als president van de Europese Centrale Bank (ECB). Aanleiding daartoe vormen de problemen die zijn gerezen rond de overdracht van zijn functie.
De bewindspersonen waren het afgelopen zaterdag, tijdens een informeel beraad in Athene, snel eens over hun verzoek. Zij gaven geen nieuwe datum aan voor de wisseling van de wacht, maar algemeen wordt er rekening mee gehouden dat het een uitstel van enkele maanden zal zijn. Duisenberg zelf zei alleen dat hij op zijn post blijft totdat zijn opvolger gereed is om zijn taak over te nemen.
De Nederlander, die op 1 juni 1998 aantrad, had begin vorig jaar aangekondigd dat hij op 9 juli 2003, de dag waarop hij zijn 68e verjaardag hoopt te vieren, wilde opstappen. De verdragsregels voorzien voor de hoogste baas van de ECB in een ambtsperiode van acht jaar, maar de huidige chef had bij de onderhandelingen over zijn benoeming reeds laten weten dat hij die niet zou uitdienen.
Destijds hebben de EU-lidstaten ook afgesproken dat de Fransman Jean-Claude Trichet na hem aan de beurt komt. Inmiddels is die echter verwikkeld geraakt in een juridisch proces. Mogelijk was hij betrokken bij malversaties die in het begin van het vorige decennium plaatsvonden bij de noodlijdende bank Crédit Lyonnais. Trichet werkte toen als hoge ambtenaar op het ministerie van Financiën in Parijs.
De rechter maakt op 18 juni zijn vonnis bekend. Er rest daarna te weinig tijd om alle formaliteiten voor 9 juli te regelen. Daarom dringen de ministers er bij Duisenberg op aan zijn afscheid te verschuiven. De regeringsleiders moeten die stap trouwens nog officieel bevestigen.
Als Trichet schuldig wordt bevonden, kan hij het vergeten en gaat de EU op zoek naar een ander. Ook dan zal Frankrijk, met verwijzing naar de deal uit het verleden, een claim leggen op de baan. President Wellink van De Nederlandsche Bank zei in Athene dat hij verwacht dat de zaak in ieder geval „in het vroege najaar” is opgelost.
Wat betreft alternatieve kandidaten circuleren de namen van Christiaan Noyer, die tot halverwege 2002 al als vice-voorzitter van de ECB optrad, en Jean Lemierre, die leiding geeft aan de Oost-Europa Bank.
De ministers konden zaterdag niet de vereiste unanimiteit bereiken ten aanzien van de vervulling van een tweede vacature binnen de zeshoofdige directie van de in Frankfurt gevestigde instelling. Eind mei loopt de termijn van de Finse Sirkka Hämäläinen af. Veertien van de vijftien lidstaten kiezen voor de Oostenrijkse mevrouw Gertrude Tumpel, vice-president van de nationale centrale bank in haar land. Alleen België houdt vast aan een eigen kandidaat, de wetenschapper Paul de Grauwe. Het is nu aan de regeringsleiders om alsnog overeenstemming te bereiken.