De liberale fractieleider Guy Verhofstadt (die onder meer de VVD en D66 vertegenwoordigt) en zijn collega’s vinden dat de dienst te veel nationale trekjes krijgt. Ze vinden het een groot bezwaar dat veel diplomaten in dienst van de nationale overheden blijven. Ze willen dat een groter aantal voor de EU gaat werken.

De EU-diplomatieke dienst moet buiten Europa opkomen voor het Europese belang. De EU krijgt daarvoor eigen ambassadeurs en ambassades met de Europese vlag aan de gevel. Deze kantoren kunnen op den duur ook consulaire taken van de nationale ambassades overnemen, zoals het uitgeven van paspoorten aan landgenoten die ze zijn kwijtgeraakt in het buitenland.

Het Europarlement wil dat de dienst vooral verantwoording schuldig zou moeten zijn aan de Europese Commissie en minder aan de nationale regeringen, stelden de leiders van het Europarlement donderdag in een verklaring.

Het parlement vindt ook dat ontwikkelingshulp niet ondergeschikt mag worden gemaakt aan het buitenlandbeleid van de dienst. Voedselhulp en dergelijke komt dan vooral in bevriende landen in plaats van de armste landen, zo is de vrees.

„Kortom, het parlement heeft ernstige zorgen”, aldus Verhofstadt en de andere leiders. „We zullen geen concessies doen aan onze principes.”

De diplomatieke dienst kan volgens schattingen 2000 tot 5000 diplomaten gaan tellen, waarvan 15 … 22 van het Nederlandse ministerie van Buitenlandse Zaken.

De dienst is een van de veranderingen door het nieuwe EU-verdrag. Dat zogeheten Verdrag van Lissabon is in december in werking getreden, nadat onder meer Nederland een vorige versie in een referendum in 2005 had verworpen.

Ministers van Buitenlandse Zaken van de 27 EU-landen hebben in april ingestemd met de oprichting van de dienst. Het wachten is nu op groen licht van het Europees Parlement.