Onvoorstelbaar
Het boeiende van verkiezingstijd is dat Nederland plotsklaps een oase van intelligente en weldenkende mensen lijkt te zijn die hebben geleerd van het verleden en daarom de toekomst in handen hebben.
Van links tot rechts worden plannen gepresenteerd om de enorme schuldenlast die op onze schouders is gaan rusten, binnen hooguit twee kabinetsperiodes op te lossen.
Wie voor A kiest, voelt én nauwelijks iets in zijn portemonnee én betaalt de staatsschuld af. Wie voor B kiest, voelt wel wat in zijn buidel, maar lost ook de schuld af. De waarheid zal wel ergens in het midden liggen.
Eén ding is wel zeker, het duurt voorlopig nog een hele tijd voordat het verloren krediet weer terugverdiend is. Alle politieke partijen hebben een beeld van de komende tijd geschetst, maar of dat werkelijkheid wordt zal de tijd leren.
Mensen zijn goed in beelden, maar slecht in het herkennen en erkennen van de werkelijkheid. Wie precies kan vertellen waar hij vorige week donderdag om drie minuten over drie in de middag was en welke woorden hij toen sprak, is of superbegaafd of superfantast.
Vooropgesteld, hier schrijft geen psychiater maar een leek. Wel leert een jarenlange ervaring in feitenonderzoek ons dat het beeld van de werkelijkheid, zoals wij ons dat herinneren, feitelijk niet juist hoeft te zijn. Sterker nog, dat beeld klopt veelal niet. Alleen door verzameling van de feiten, vastgelegd op foto- of videomateriaal, geluidsbanden en/of stille of sprekende getuigen, kan het beeld worden gereconstrueerd.
Dat reconstrueren is een vak, vergt realiteitszin maar ook zeker relativeringsvermogen. Ons geheugen herbergt een ongekende bron aan beelden. En als wij die beelden naar boven halen, zijn die voor ons de werkelijkheid.
Een werkelijkheid die, mede afhankelijk van ons karakter, te vuur en te zwaard wordt verdedigd. Zo is het gegaan en niet anders.
De wereld om ons heen lijdt schromelijk aan dit soort gebrek aan realiteitszin. Wie een minister-president wegzet als iemand die eerst honderd dagen achteroverleunend in zijn tuinstoel heeft gezeten en vervolgens op een achternamiddag 30 miljard heeft uitgegeven om een bank te kopen, reconstrueert een karikatuur van de werkelijke onvoorstelbaarheid.
De commissie-De Wit concludeert in haar rapport ”Verloren krediet” dat belangrijke risico’s binnen het financiële stelsel structureel zijn onderschat en/of niet onderkend, terwijl de kennis van de risico’s op de eigen balans bij instellingen te beperkt was. Mede hierdoor hebben financiële instellingen omvangrijke verliezen geleden tijdens de crisis en zijn sommige daarvan in ernstige financiële problemen gekomen.
De belangrijkste interne oorzaak daarvan is gelegen in het feit dat bij de afweging tussen commerciële belangen (rendement) en de daarbijbehorende risico’s, de balans te veel naar het eerste is doorgeslagen.
Hierbij speelde de groeiende druk op het creëren van aandeelhouderswaarde ook in de financiële sector een belangrijke rol. Besturen van financiële ondernemingen hebben risico’s onderschat, niet gezien of bewust genomen, al dan niet gestimuleerd door variabele beloningsstructuren en eigen aandelen- en optiepakketten. Daarmee zijn de belangen van hun instellingen, van de financiële sector als geheel en van de samenleving ernstig geschaad.
De commissie toont een beeld van werkelijke onvoorstelbaarheid. Een verleden van ongebreideld marktdenken en kapitalisme presenteert ons de rekening. Probeer het beeld van de werkelijkheid goed te reconstrueren en het leidt tot de erkenning dat we aan die wedren van het geld nagenoeg allen kritiekloos hebben meegedaan.
De grote vraag voor de komende tijd is dan ook welk beeld het nieuwe kabinet van de werkelijkheid heeft. Beeld of werkelijkheid, maar een goed advies voor de informateur is te rade gaan bij de profeet Jesaja. Zei hij al niet dat er Eén is die leert wat nut is en die leidt op de weg die we gaan moeten?
De auteur is directeur bij IRS in Rotterdam. Reageren aan scribent? nietbijbroodalleen@refdag.nl